Terug
Gepubliceerd op 06/04/2023

Besluit  Gemeenteraad

di 28/03/2023 - 20:00

Wijzigen van het gemeentelijke reglement voor de aanvullende premie voor renovatiewerken aan een woning.

Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
Guido De Padt, Burgemeester
Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Ann Panis, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, David Larmuseau, Schepenen
Martine Duwyn, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Geert De Chou, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Jimmy Colman Villamayor, Hans De Gent, Sarah-Amilia Derijst, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Raadsleden
Veerle Alaert, Algemeen Directeur
Verontschuldigd: Bram De Geeter, Guido De Lil, Raadsleden
Afwezig: Emma Van der Maelen, Raadslid
Feiten, context en argumentatie

Gelet op het gemeentelijk reglement voor de aanvullende premie voor renovatiewerken aan een woning goedgekeurd op de gemeenteraad van 4 oktober 2022;

Overwegende dat de definitie van een woning in het gemeentelijk reglement voor de aanvullende premie voor renovatiewerken aan een woning zeer ruim is, met name elk onroerend goed of deel ervan;

Overwegende dat door het hanteren van deze definitie ook panden met meer dan één functie in aanmerking komen voor een premie;

Overwegende dat dit reglement tot doel heeft om de renovatiewerken van woningen te ondersteunen en dus een aangepaste definitie noodzakelijk is;

Juridisch kader

Gelet op artikel 41 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;

Gelet op het gemeentelijk reglement voor de aanvullende premie voor renovatiewerken aan een woning goedgekeurd op de gemeenteraad van 4 oktober 2022;

Gelet op de Vlaamse Codex wonen van 2021;

Besluit

Enig artikel:

De definitie van "woning" aan te passen van 'een goed, vermeld in artikel 1.3, § 1, eerste lid, 66° Vlaamse Codex Wonen van 2021, met uitzondering van niet zelfstandige woningen' naar 'Elk goed dat bestemd is voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande, en dat uitsluitend voor bewoning wordt gebruikt. Uitgesloten zijn woningen die een onderdeel vormen van een bedrijfsruimte in de zin van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, en van woningen in gebouwen die als hoofdfunctie bedrijvigheid of handel hebben.'