Overwegende dat de gemeenten retributies heffen binnen hun bevoegdheid om het gemeentelijk belang te regelen;
Overwegende dat de gemeenteraad beslist over de machtiging tot de heffing van retributies en de voorwaarden ervan; dat dit volgens artikel 41, tweede lid, 14° van het decreet lokaal bestuur niet kan worden gedelegeerd aan het College van Burgemeester en Schepenen;
Overwegende dat dit onder meer inhoudt dat de gemeenteraad moet bepalen wie de retributie verschuldigd is, voor zover dat niet als vanzelfsprekend volgt uit de aard van de retributie;
Overwegende dat de gemeenteraad ook de voorwaarden moet bepalen, inclusief de verminderingen en vrijstellingen die eventueel worden toegekend;
Overwegende dat de gemeenteraad wel de inningswijze en de vaststelling van het tarief aan het College van Burgemeester en Schepenen kan delegeren;
Overwegende dat deze versoepelde werking aansluit bij de wijze waarop ook de federale en de gewestelijke overheden retributies vaststellen; meer bepaald beperkt ook daar het wetgevend orgaan zich tot het verlenen van de machtiging en het uittekenen van het kader, terwijl het uitvoerend orgaan zorgt voor de bepaling van de concrete invulling ervan;
Overwegende dat, door deze versoepelde werking, de gemeente op een vlotte manier kan inspelen op veranderende omstandigheden, bijvoorbeeld bij de vaststelling van de prijs van activiteiten, diensten en producten;
Overwegende dat dergelijke delegatie wenselijk lijkt met betrekking tot het vaststellen van retributies voor diensten en/of producten die behoren tot de categorieën Cultuur, Toerisme, Jeugd, Sport en Evenementen;
Overwegende dat in al deze gevallen ook grote duidelijkheid is over wie de retributies verschuldigd is, namelijk de gebruiker van de dienst en/of het product;
Overwegende dat deze delegatie de dagelijkse werking vereenvoudigt en dat niet elke prijswijziging tot aanpassing van een gemeenteraadsbesluit zal leiden;
Gelet op artikel 170 § 4, eerste lid en artikel 173 van de Grondwet;
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 40 § 3, houdende vaststelling van de gemeentelijke reglementen;
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 41, tweede lid, 14°;
Gelet op artikel 177 van het decreet Lokaal Bestuur inzake invordering van fiscale en niet-fiscale ontvangsten;
Gelet op artikel 286 en 287 van het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op artikel 330 van het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het budget AR: 70099999-Diverse dienstverleningen - BI: 052000-Toerisme-onthaal en promotie;
Gelet op het budget AR: 70289999-Verkoop diverse roerende goederen - BI: 052000-Toerisme-onthaal en promotie;
Gelet op het budget AR: 70099999-Diverse dienstverleningen - BI: 075100-Gemeentelijke dienstverlening gericht op kinderen en jongeren;
Gelet op het budget AR: 70688888-Inkomsten evenementen en organisaties - BI: 071900-Overige evenementen;
Gelet op het budget AR: 70688888-Inkomsten evenementen en organisaties - BI: 073900-Overig kunst-en cultuurbeleid;
Gelet op het budget AR: 70688888-Inkomsten evenementen en organisaties - BI: 074100-sportpromotie en-evenementen;
Gelet op het budget AR: 70688888-Inkomsten evenementen en organisaties - BI: 075100-Gemeentelijke dienstverlening gericht op kinderen en jongeren;
Artikel 1:
De gemeenteraad geeft vanaf de inwerkingtreding van dit reglement machtiging aan het College van Burgemeester en schepenen tot het vaststellen van de tarieven van retributies en het bepalen van de inningswijze voor diensten en/of producten die behoren tot de categorieën Cultuur, Toerisme, Jeugd, Sport en Evenementen:
Artikel 2:
De machtiging aan het College van Burgemeester en Schepenen houdt eveneens de bevoegdheid in tot wijziging van bestaande retributiereglementen met betrekking tot de in artikel 1 vermelde materies.
Artikel 3:
Alle retributies zijn onverdeelbaar verschuldigd en dienen op het ogenblik van de aanvraag te worden betaald of na toezending van een factuur.
Artikel 4:
Bij gebrek aan betaling, wordt de retributie ingevorderd overeenkomstig de bepalingen in artikel 177,2° van het decreet Lokaal Bestuur.
Artikel 5:
Overeenkomstig de artikelen 286 en 287 van het decreet Lokaal Bestuur zal deze beslissing worden afgekondigd en bekendgemaakt.
Artikel 6:
Overeenkomstig artikel 330 van het decreet Lokaal Bestuur brengt de gemeenteoverheid de toezichthoudende overheid op de hoogte van de bekendmaking ervan.