Overwegende dat verenigingen die lid zijn van een door het lokaal bestuur erkende adviesraad voor het organiseren van evenementen in het huidige retributiereglement niet vrijgesteld zijn;
Overwegende dat buurtcomités en dorpsraden wel vrijgesteld zijn;
Overwegende dat participatie een belangrijke beleidsdoelstelling is en het lokaal bestuur het verenigingsleven wil ondersteunen;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 april 2021 houdende vaststelling van het retributiereglement op de private inname van het openbaar domein;
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 §3, houdende de vaststelling van de gemeentelijke reglementen;
Gelet op het budget AR 70303000 inname openbaar domein en BI 020000 wegen:
Overwegende dat het aantal aanvragen voor inname van openbaar domein door verenigingen beperkt is, wordt de impact geraamd op maximum 3000 euro per jaar.
Artikel 1:
Het retributiereglement van 27 april 2021 op het privatief gebruik van het openbaar domein 2020-2025 op te heffen.
Artikel 2:
Met ingang van 01 januari 2022 tot 31 december 2025 het retributiereglement op het privatief gebruik van het privatief gebruik van het openbaar domein als volgt vast te stellen.
Hoofdstuk 1: Definities
Artikel 1:
In dit reglement wordt verstaan onder:
1° Openbare weg: de wegen en hun trottoirs of nabijgelegen bermen die eigendom zijn van de gemeentelijke of gewestelijke overheden.
2° Tijdelijke private inname van het openbaar domein:
3° Parkeerplaats: een parkeerplaats wordt aanzien als 10 vierkante meter.
4° Verhuis: het overbrengen van de inboedel naar het nieuwe domicilieadres van de vergunninghouder.
5° Aanvrager: de natuurlijk- of rechtspersoon die een aanvraag richt aan het college van burgemeester en schepenen tot het innemen van het openbaar domein.
6° Vergunninghouder: de natuurlijke- of rechtspersoon die door het college van burgemeester en schepenen gemachtigd wordt het openbaar domein in te nemen.
7° Vergunning: de vergunning inname openbaar domein verleent door het college van burgemeester en schepenen voor de private inname van het openbaar domein.
8° Tijdelijke private inname van het openbaar domein door handelszaken: inname van het openbaar domein voor het uitstallen van koopwaar, stoepborden of reclame door handelszaken.
9° Private inname van het openbaar domein voor het plaatsen van horecaterrassen: algemene benaming voor de ruimte in de open lucht, al dan niet overdekt, waar een drank- en of eetgelegenheid door het plaatsen van meubilair zijn verkoopoppervlakte vergroot, dit omvat de permanente terrassen, zomerterrassen en gelegenheidsterrassen zoals bedoeld in hoofdstuk 7 – afdeling 2 – artikel 63 van het politiereglement op de inname van het openbaar domein voor het opstellen van een horecaterras.
10° Andere private innames van het openbaar domein: private inname van het openbaar domein die niet gedefinieerd wordt in artikel 1, 2°, 8°, 9°,10°.
11° Plaatseenheid: ruimte met één meter voorgevel en maximum drie meter diepte.
12° Hoekplaats: standplaats die minimum langs twee zijden paalt aan een wandelweg.
Hoofdstuk 2: De vergunning
Afdeling 1: Aanvraag
Artikel 2:
De vergunning, verlenging en iedere wijziging aan een vergunde private inname van het openbaar domein, moet worden aangevraagd ter attentie van het college van burgemeester en schepenen. Dit kan online via de website van de stad of bij de dienst Mobiliteit, Weverijstraat 20 te 9500 Geraardsbergen na telefonische of elektronische afspraak.
Artikel 3:
De aanvraag moet minstens 14 kalenderdagen voor de datum van de start van de inname van het openbaar domein worden ingediend. Als de private inname van het openbaar domein doorgaat buiten de rijbaan kan het college van burgemeester en schepenen een vergunning afleveren 2 kalenderdagen voorafgaand aan de start van de inname.
Artikel 4: Termijnen van innames
Voor de private innames bepaald in artikel 1, 2°,4°, 9° kan de vergunning slechts aangevraagd worden voor een termijn van maximum 60 kalenderdagen. Na de periode van 60 kalenderdagen moet een nieuwe vergunning worden aangevraagd.
Artikel 5:
De verlenging van de vergunning moet minstens twee werkdagen voorafgaand aan het verstrijken van de vergunde einddatum aangevraagd worden.
Artikel 6:
De wijziging van de vergunning moet minstens twee werkdagen voorafgaand aan de datum van de start van de inwerkingtreding van de wijziging worden aangevraagd.
Artikel 7:
De vergunning wordt afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen en kan gemotiveerd geweigerd worden.
Afdeling 2: Signalisatie
Artikel 8:
De vergunninghouder staat zelf in voor het plaatsen van de signalisatie die in de vergunning is opgenomen en is verantwoordelijk voor de correcte plaatsing ervan. De signalisatie moet voldoen aan de vereisten voorzien in standaardbestek 250 en moet worden geplaatst overeenkomstig het Ministerieel Besluit van 7 mei 1999 betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg.
De parkeerverbodsborden E3 moeten minstens 48 uur op voorhand geplaatst worden. De vergunninghouder noteert op het ogenblik van het plaatsen van de borden de nummerplaten van de voertuigen die op de vergunde oppervlakte geparkeerd staan en maakt de nummerplaten onmiddellijk via mail over aan mobiliteit@geraardsbergen.be of meldt via mail dat er geen voertuigen geparkeerd staan.
Artikel 9:
Verkeersborden E3 (stilstaan- en parkeerverbod) worden gratis en voor zover in voorraad ter beschikking gesteld door de technische dienst, andere in de vergunning opgenomen verkeersborden moeten door de vergunninghouder voorzien worden.
De verkeersborden E3 kunnen enkel na telefonische afspraak op het nummer 054 43 51 50 afgehaald en teruggebracht worden tijdens de openingsuren van het magazijn van de technische dienst van het Lokaal Bestuur Geraardsbergen, Gaverstraat 17 A te Geraardsbergen. De verkeersborden E3 worden ten laatste twee werkdagen na het verlopen van de vergunning teruggebracht.
Wanneer de verkeersborden niet binnen zeven werkdagen na het verlopen van de vergunning worden teruggebracht, wordt de nieuwprijs aangerekend ten nadele van de vergunninghouder.
Artikel 10:
De aanvrager kan er voor opteren om de verkeersborden E3 te laten leveren en ophalen door de technische dienst. In voorkomend geval wordt een verplaatsingsforfait van 60 euro aangerekend per vergunning.
Hoofdstuk 3: Retributie
Afdeling 1: Grondslag
Artikel 11:
Er wordt een retributie geheven voor elke private inname van het openbaar domein. De retributie is verschuldigd door de vergunninghouder.
Artikel 12:
Voor het berekenen van de retributie wordt een gedeelte van een dag beschouwd als een volle dag, een begonnen vierkante meter wordt beschouwd als een volledige vierkante meter en een begonnen lopende meter wordt als een volledige lopende meter beschouwd.
Artikel 13:
Voor elke private inname van het openbaar domein geldt een minimumretributie van 20 euro.
Afdeling 2: Retributie voor tijdelijke private inname van het openbaar domein
Onderafdeling 1: Tarieven
Artikel 14:
1° De retributie wordt vastgesteld op 0,50 euro per dag en per vierkante meter ingenomen oppervlakte.
2° Als voor de private inname van het openbaar domein het afsluiten van een straat nodig is, of hieruit volgt, wordt een retributie geheven van 100 euro per dag.
3° Als voor de inname van het openbaar domein het afsluiten van de straat volgt uit het feit dat de inname in een doodlopende straat of in een straat met een rijbaanbreedte die minder is dan 4 meter, wordt de retributie aangerekend zoals voorzien in artikel 14,1°.
4° Voor de inname van het openbaar domein beheerd door een andere wegbeheerder dan het lokaal bestuur, wordt de retributie vastgesteld op 20 euro ongeacht de oppervlakte en periode van de inname.
Afdeling 3: Retributie voor tijdelijke private inname van het openbaar domein door handelszaken
Onderafdeling 1: Tarieven
Artikel 15:
1° Er wordt een basisretributie van 25 euro per dag vastgesteld.
2° De basisretributie wordt vermeerderd met 1 euro per dag per vierkante meter indien de ingenomen oppervlakte meer dan 50 vierkante meter bedraagt.
3° De retributie voor een permanente vergunning bedraagt 50 euro per vierkante meter per jaar.
Afdeling 4: Retributie voor tijdelijke private inname van het openbaar domein voor het plaatsen van horecaterrassen
Onderafdeling 1: Tarieven
Artikel 16:
1° De retributie wordt vastgesteld voor een permanent terras op 250 euro per jaar voor zover de oppervlakte kleiner is of gelijk aan 10 vierkante meter. Voor permanente terrassen die de oppervlakte van 10 vierkante meter overschrijden, wordt per jaar 250 euro vermeerderd met 10 euro per extra vierkante meter vastgesteld.
2° De retributie wordt vastgesteld voor een zomerterras op 125 euro voor zover de oppervlakte kleiner is of gelijk aan 10 vierkante meter. Voor zomerterrassen die de oppervlakte van 10 vierkante meter overschrijden, wordt per jaar 125 euro vermeerderd met 5 euro per extra vierkante meter vastgesteld.
Afdeling 5: Retributie voor tijdelijk gebruik van het openbaar domein ter gelegenheid van foren, kermissen en circussen.
Artikel 17:
Elke breuk van een meter wordt voor een volledige meter aangerekend. De oppervlakte wordt berekend volgens de meest uitstekende gedeeltes van de uitstalling of attractie, valkuilen niet meegerekend.
Tarieven kermiskramen (zomer- en winterkermis):
Standplaatsen Markt en Stationsplein:
- 7,20 euro per m² met een minimum van 70,00 euro en een maximum van 1.600,00 euro.
Standplaatsen Vesten en Sasweg:
- Voor installaties tot 150m²: 3,50 euro per m²,
- Voor installaties vanaf 150m²: 2,50 euro per m².
Tarieven circussen:
250 euro per kalenderjaar.
Afdeling 6: Andere private innames van het openbaar domein
Onderafdeling 1: Tarieven
Artikel 18:
1° De retributie wordt vastgesteld op 0,50 euro per dag en per vierkante meter ingenomen oppervlakte.
2° Als voor de private inname van het openbaar domein het afsluiten van een straat nodig is, of hieruit volgt, wordt een retributie geheven van 100 euro per dag.
Hoofdstuk 4: Terugbetaling
Artikel 19:
1° Het intrekken van de vergunning op politiebevel wegens een fout van de vergunninghouder brengt voor de vergunninghouder geen enkel recht mee op de terugbetaling van de reeds betaalde sommen.
2° Het afzien van de vergunninghouder van het genot van de gegeven vergunning geeft recht op terugbetaling van de retributie vanaf de dag van de melding via mail naar mobiliteit@geraardsbergen.be.
Hoofdstuk 5: Uitsluitingsgronden
Artikel 20:
De retributie is verschuldigd zonder dat de houder aanspraak kan maken op enig onherroepelijk recht van concessie, noch van erfdienstbaarheden op het openbaar domein.
Artikel 21:
De vergunning kan geweigerd worden ingeval van openstaande schuld voor voorgaande vergunningen private inname openbaar domein.
Hoofdstuk 6: Vrijstellingen
Artikel 22:
1° Zijn van deze retributie vrijgesteld:
2° Een vrijstelling van retributie houdt geen vrijstelling in van de plicht tot aanvragen van een vergunning private inname openbaar domein.
Hoofdstuk 7: Klachten en betwistingen
Artikel 23:
Alle retributies zijn onverdeelbaar verschuldigd en dienen op het ogenblik van de aanvraag contant te worden betaald tegen afgifte van een ontvangstbewijs of na toezending van een factuur.
Het college van burgemeester en schepenen kan steeds weigeren nog diensten te verstrekken indien de retributies die verschuldigd zijn niet werden betaald.
Artikel 24:
Indien de factuur niet of onvolledig werd betaald binnen de termijn van dertig kalenderdagen volgend op de factuurdatum, wordt de debiteur aan de hand van een eerste herinnering uitgenodigd het verschuldigde bedrag te betalen binnen een termijn van vijftien kalenderdagen vanaf de verzending van de eerste en laatste herinnering.
Artikel 25:
Er is geen bijzondere procedure voorzien voor de invordering van retributies.
Artikel 177,2° van het decreet lokaal bestuur is eveneens toepasselijk op de invordering van retributies: met het oog op de invordering van de fiscale en niet-fiscale ontvangsten kan de financieel directeur een dwangbevel uitvaardigen, geviseerd en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen, om onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen in te vorderen. Het dwangbevel wordt betekend bij deurwaardersexploot.
Een dwangbevel kan door het college van burgemeester en schepenen alleen worden geviseerd en uitvoerbaar verklaard worden als de schuld opeisbaar, vaststaand en zeker is. De schuldenaar moet bovendien vooraf aangemaand zijn met een aangetekende brief, met een brief die afgegeven wordt tegen ontvangstbewijs, of via een elektronische melding van gegevens die voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 2281 van het burgerlijk wetboek, en die een bewijs oplevert van deze melding, van het tijdstip waarop ze is verricht en van de authenticiteit en de integriteit van de verwerkte gegevens.
De gemeente kan administratieve kosten aanrekenen voor die aangetekende brief. Die kosten zijn ten laste van de schuldenaar en kunnen ook ingevorderd worden via het dwangbevel.
Bij betwisting van de schuldvordering zijn de gewone burgerlijke rechtbanken bevoegd.
Hoofdstuk 8: Overgangsbepalingen
Artikel 26:
Vergunninghouders die op het ogenblik van de inwerkingtreding een geldige vergunning hebben voor de private inname van het openbaar domein, blijven voor de duur van de vergunning gehouden aan de bepalingen van het retributiereglement dat geldig was op het ogenblik van het afleveren van de vergunning.
Artikel 27:
Indien een vergunning op het moment van de inwerkingtreding van dit reglement wordt verlengd, wordt deze beschouwd als een nieuwe vergunning en gelden de tarieven van dit besluit.
Artikel 2:
Afschrift van deze beslissing toe te sturen aan de toezichthoudende overheid.