Terug
Gepubliceerd op 02/05/2023

Besluit  Gemeenteraad

di 25/04/2023 - 20:00

Vaststellen van het retributiereglement voor het collectief plaatsen van IBA’s, individuele behandeling van afvalwater.

Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
Guido De Padt, Burgemeester
Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Ann Panis, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, David Larmuseau, Schepenen
Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Emma Van der Maelen, Godelieve Dauw, Geert De Chou, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Jimmy Colman Villamayor, Hans De Gent, Sarah-Amilia Derijst, Reza Mohammadi, Guido De Lil, Bram De Pril, Ann Stevens, Raadsleden
Veerle Alaert, Algemeen Directeur
Verontschuldigd: Ilse Roggeman, Paul Deprez, Paul Pardon, Raadsleden
Feiten, context en argumentatie

Overwegende dat de gemeenten bevoegd zijn voor de aanleg en het onderhoud van openbare rioleringen, de bouw en de exploitatie van kleinschalige rioolwaterzuiveringsinstallaties;

Overwegende dat sommige gebouwen te ver liggen om een aansluiting via de riolering te voorzien; dat deze gebouwen nooit kunnen aansluiten op de riolering;

Overwegende dat deze gebouwen ingetekend zijn op het zoneringsplan in het individueel te optimaliseren buitengebied;

Overwegende dat hier een eigen waterzuivering moet geplaatst worden om het afvalwater te zuiveren;

Overwegende dat het plaatsen van een IBA in de eerste plaats een verplichting is van de eigenaar van de woning;

Overwegende dat eigenaars die kiezen voor de individuele aanpak, zelf instaan voor de plaatsing, exploitatie en onderhoud van de installatie; dat de kost hiervan volledig ten laste is van de eigenaar;

Overwegende dat deze eigenaars vrijgesteld worden van de bijdrage voor ophaling en transport van het afvalwater en in aanmerking komen voor het ontvangen van een subsidie van de stad;

Overwegende dat, voor een goed zuiveringsresultaat, het van belang is dat de IBA’s technisch van goede kwaliteit zijn, beschikken over een keuring, correct geplaatst worden en in gebruik genomen en onderhouden worden;

Overwegende dat het Lokaal Bestuur dit kan garanderen door een collectieve aanpak voor de plaatsing, het onderhoud en de exploitatie in te voeren;

Overwegende dat de invoering van deze collectieve aanpak en het ontwerp van overeenkomst tussen de stad en de eigenaar(s) met daarin alle voorwaarden werd goedgekeurd bij gemeenteraadsbesluit van 5 juli 2022;

Overwegende dat de collectieve aanpak inhoudt dat de gemeente de IBA aankoopt, plaatst en onderhoudt als dienstverlening naar de burger;

Overwegende dat, bij de collectieve aanpak, de stad een subsidie ontvangt per IBA;

Overwegende dat door de Vlaamse Overheid, meer bepaald de Vlaamse Milieumaatschappij, wordt bepaald dat voor deze dienstverlening de burger idealiter een gelijkaardige bijdrage betaalt dan andere inwoners die aangesloten zijn op de riolering;

Overwegende dat voor deze dienstverlening een éénmalige retributie zal worden ingevoerd, in overeenstemming met de huidige gemiddelde kostprijs voor een rioolaansluiting;

Overwegende dat, bij de keuze voor de plaatsing, het onderhoud en de exploitatie van een IBA door de stad, de eigenaars ook een saneringsbijdrage voor ophaling en transport van het afvalwater betalen via hun waterfactuur; dat deze bijdrage aan de stad toekomt en de kosten voor het onderhoud van de installatie zal dekken;

Juridisch kader

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 5 juli 2022 betreffende de aanpassingen van het besluit van 14 april 2015 aangaande het goedkeuren van de gemeentelijke verordening betreffende de lozing van huishoudelijk afvalwater, de verplichte aansluiting op de openbare riolering en de afkoppeling van hemelwater afkomstig van particuliere woningen of van niet uitsluitend voor bewoning dienende gebouwen en goedkeuren van het ontwerp van overeenkomst tussen de stad en de eigenaar(s) met daarin de voorwaarden betreffende de collectieve aanpak voor het plaatsen, onderhoud en exploitatie van een IBA;

Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 § 3, houdende vaststelling van de gemeentelijke reglementen;

Financieel kader

Gelet op het budget AR 70099999 – Diverse dienstverleningen – BI 031000 Beheer van regen- en afvalwater,

 

Besluit

Artikel 1:

Met ingang van 1 mei 2023 tot en met 31 december 2025 wordt het retributiereglement voor het collectief plaatsen van IBA’s, individuele behandeling van afvalwater, als volgt vastgesteld.

Artikel 2:

Voor het leveren en plaatsen van een IBA zal een éénmalige retributie verschuldigd zijn van 2.500 euro, jaarlijks geïndexeerd. Deze retributie is voor een IBA van een ééngezinswoning tot 5 inwoners equivalenten (IE). De meerkost voor het aansluiten van meer dan 5 IE zal verrekend worden aan de eigenaar. De retributie is verschuldigd door de aanvrager van de IBA.

Artikel 3:

Alle retributies zijn onverdeelbaar verschuldigd en dienen te worden betaald na toezending van een factuur.

Het college van burgemeester en schepenen kan steeds weigeren nog diensten te verstrekken indien de retributies die verschuldigd zijn niet werden betaald.

Artikel 4:

Indien de factuur niet of onvolledig werd betaald binnen de termijn van dertig kalenderdagen volgend op de factuurdatum, wordt de debiteur aan de hand van een eerste herinnering uitgenodigd het verschuldigde bedrag te betalen binnen een termijn van vijftien kalenderdagen vanaf de verzending van de eerste en laatste herinnering.

Artikel 5:

Er is geen bijzondere procedure voorzien voor de invordering van retributies.

Artikel 177, 2° van het decreet lokaal bestuur is eveneens toepasselijk op de invordering van retributies: met het oog op de invordering van de fiscale en niet-fiscale ontvangsten kan de financieel directeur een dwangbevel uitvaardigen, geviseerd en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen, om onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen in te vorderen. Het dwangbevel wordt betekend bij deurwaardersexploot.

Een dwangbevel kan door het college van burgemeester en schepenen alleen worden geviseerd en uitvoerbaar verklaard worden als de schuld opeisbaar, vaststaand en zeker is. De schuldenaar moet bovendien vooraf aangemaand zijn met een aangetekende brief, met een brief die afgegeven wordt tegen ontvangstbewijs, of via een elektronische melding van gegevens die voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 2281 van het burgerlijk wetboek, en die een bewijs oplevert van deze melding, van het tijdstip waarop ze is verricht en van de authenticiteit en de integriteit van de verwerkte gegevens. De gemeente kan administratieve kosten aanrekenen voor die aangetekende brief. Die kosten zijn ten laste van de schuldenaar en kunnen ook ingevorderd worden via het dwangbevel.

Bij betwisting van de schuldvordering zijn de gewone burgerlijke rechtbanken bevoegd.