Terug
Gepubliceerd op 30/01/2025

Notulen  Gemeenteraad

di 17/12/2024 - 20:00 Raadzaal
Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
Ann Panis, Burgemeester
Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
Veerle Alaert, Algemeen Directeur
Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
  • Openbaar

    • Afdeling Financiën

      • Vaststellen van de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting 2025.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Overwegende dat er jaarlijks een aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting dient vastgesteld te worden door het Lokaal Bestuur;

        Overwegende dat het bestuur in het Meerjarenplan 2020-2025 heeft voorgesteld om de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting te bepalen naar het Vlaams gemiddelde;

        Overwegende dat het bestuur opteert om hetzelfde niveau van 2024 aan te houden;

        Juridisch kader

        Gelet op de artikelen 464 tot en met 470/2 van het Wetboek van de Inkomstenbelasting;

        Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 19 december 2023 houdende vaststelling van de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting 2024;

        Gelet op artikel 40 § 3 eerste lid en artikel 369 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;

        Financieel kader

        Gelet op het budget opgenomen in het meerjarenplan 2020-2025 AR: 73010000-Aanvullende belasting op de personenbelasting en BI 002000-Fiscale aangelegenheden;

        Publieke stemming
        Aanwezig: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Veerle Alaert
        Voorstanders: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte
        Tegenstanders: Stephan Bourlau
        Onthouders: Paul Deprez, Hans De Gent, Krist Matthys
        Resultaat: Met 26 stemmen voor, 1 stem tegen, 3 onthoudingen
        Besluit

        Artikel 1:
        Voor het aanslagjaar 2025 een aanvullende gemeentebelasting te vestigen ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.

        Artikel 2:
        De belasting vast te stellen op 7,8 % van het overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van de inkomstenbelasting 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aanslagjaar voorafgaande jaar.

        Artikel 3:
        De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door het toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, zoals bepaald in artikel 469 van het wetboek van de Inkomstenbelasting.

        Artikel 4:
        Afschrift van deze beslissing te versturen naar FOD Financiën.

      • Vaststellen van de opcentiemen op de onroerende voorheffing voor het aanslagjaar 2025.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Overwegende dat het Lokaal Bestuur jaarlijks de opcentiemen op de onroerende voorheffing dient vast te stellen;

        Overwegende dat het gerechtvaardigd is een billijke financiële tussenkomst te vragen van de belanghebbenden op het grondgebied van de stad, gelet op de wettelijke verplichting om een financieel evenwicht te handhaven;

        Overwegende dat het Lokaal Bestuur Geraardsbergen over de nodige financiële middelen dient te beschikken om de haar opgelegde taken, vastgesteld in het meerjarenplan 2020-2025, naar behoren te kunnen vervullen;

        Overwegende dat het bestuur opteert om hetzelfde niveau van 2024 aan te houden;

        Juridisch kader

        Gelet op artikel 170 § 4 van de grondwet;

        Gelet op artikel 464/1, 1° van het wetboek op de inkomstenbelastingen van 10 april 1992;

        Gelet op het decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex inzake Fiscaliteit;

        Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 40 en 41;

        Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 19 december 2023 houdende vaststelling van de opcentiemen op de onroerende voorheffing voor het aanslagjaar 2024 waarin het aantal opcentiemen werd vastgesteld op 981,62 opcentiemen;

        Financieel kader

        Gelet op het budget opgenomen in het meerjarenplan 2020-2025 AR: 73000000-Opcentiemen onroerende voorheffing – BI 002000-Fiscale aangelegenheden;

        Publieke stemming
        Aanwezig: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Veerle Alaert
        Voorstanders: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte
        Tegenstanders: Stephan Bourlau
        Onthouders: Paul Deprez, Hans De Gent, Krist Matthys
        Resultaat: Met 26 stemmen voor, 1 stem tegen, 3 onthoudingen
        Besluit

        Artikel 1:
        Voor het aanslagjaar 2025, ten bate van het Lokaal Bestuur 981,62 opcentiemen te heffen op de onroerende voorheffing ten laste van de personen die in de stad belastbaar zijn.

        Artikel 2:
        De vestiging en de inning zal gebeuren door toedoen van de Vlaamse Belastingdienst.

        Artikel 3:
        Een afschrift van deze beslissing, via het Loket voor Lokale besturen – module Toezicht, over te maken.

      • Vaststellen van het teruggavereglement van de opcentiemen op de onroerende voorheffing voor het aanslagjaar 2025.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Overwegende dat het Lokaal Bestuur jaarlijks de opcentiemen op de onroerende voorheffing dient vast te stellen;

        Overwegende dat het gerechtvaardigd is een billijke financiële tussenkomst te vragen van de belanghebbenden op het grondgebied van de stad, gelet de wettelijke verplichting om een financieel evenwicht te handhaven;

        Overwegende dat het Lokaal Bestuur Geraardsbergen over de nodige financiële middelen dient te beschikken om de haar opgelegde taken, vastgesteld in het meerjarenplan 2020-2025, naar behoren te kunnen vervullen;

        Overwegende dat het Lokaal Bestuur het ondernemerschap wil stimuleren op haar grondgebied;

        Overwegende dat het bijgevolg aangewezen is aan bepaalde bedrijven een teruggave te verlenen van de opcentiemen op de onroerende voorheffing;

        Gelet op de email van het Agentschap Binnenlands Bestuur waarin wordt aanbevolen om de teruggave van de opcentiemen aan bepaalde bedrijven op te nemen in een afzonderlijk besluit;

        Juridisch kader

        Gelet op artikel 170 § 4 van de grondwet;

        Gelet op artikel 464/1, 1° van het wetboek op de inkomstenbelastingen van 10 april 1992;

        Gelet op het decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex inzake Fiscaliteit;

        Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 40 en 41;

        Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 17 december 2024 houdende vaststelling van de opcentiemen op de onroerende voorheffing voor het aanslagjaar 2025 waarin het aantal opcentiemen wordt vastgesteld op 981,62 opcentiemen en waarbij aan bedrijven gedurende 5 jaar teruggave kan verleend worden van de gemeentelijke opcentiemen;

        Financieel kader

        Gelet op het budget opgenomen in het meerjarenplan 2020-2025 AR: 73000000-Opcentiemen onroerende voorheffing – BI 002000-Fiscale aangelegenheden,

        Publieke stemming
        Aanwezig: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Veerle Alaert
        Voorstanders: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte
        Onthouders: Stephan Bourlau, Hans De Gent, Krist Matthys
        Resultaat: Met 27 stemmen voor, 3 onthoudingen
        Besluit

        Artikel 1:
        Voor het aanslagjaar 2025 zal:

        1.1. Aan de nieuwe bedrijven gedurende vijf jaar teruggave verleend worden van de gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing, op voorwaarde dat de betrokken bedrijven tot uiterlijk twee maanden na de verzending van het betrokken aanslagbiljet een daartoe strekkende verzoek tot belastingteruggave indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de stad en de nodige bewijsstukken voorleggen.
        Van deze teruggave kunnen niet genieten:
        - De bedrijven die zich binnen het grondgebied van de stad verplaatsen;
        - De bedrijven gesticht door wijziging, samenvoeging of splitsing, juridisch of op andere wijze, van bestaande bedrijven in de stad.

        1.2. Aan bedrijven, die uitbreiding hebben genomen met als gevolg een vermeerdering van het kadastraal inkomen der bedrijfsgebouwen en bedrijfsterreinen wordt, met betrekking tot en met uitbreiding verband houdend kadastraal inkomen, eveneens gedurende vijf jaren teruggave verleend van de gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing, onder de volgende voorwaarden:
        - In de loop van het belastingjaar aangeslagen worden op basis van een kadastraal inkomen dat minstens 20% hoger ligt dan dit van het jaar waarin de uitbreiding geschiedde;
        - Tot uiterlijk twee maanden na aflevering van het betrokken aanslagbiljet een verzoek om belastingteruggave indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de stad en de nodige bewijsstukken voorleggen.

        1.3. Van de in dit artikel bedoelde teruggave van belasting zijn uitgesloten de bedrijven waarvan de uitbreiding enkel het gevolg is van inbreng of opslorping van de in het lokaal bestuur bestaande bedrijven.

        1.4. De bovenstaande vijfjarige periode neemt een aanvang op 1 januari van het jaar volgend op de ingebruikneming of de uitbreiding van de bedrijven.

        Artikel 2:
        Deze beslissing, via het Loket voor Lokale besturen – module Toezicht, over te maken.

      • Vijfde aanpassing meerjarenplan 2020-2025 AGB Geraardsbergen: goedkeuring.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Gelet op het voorliggend ontwerp van de vijfde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Geraardsbergen;
        Gelet op de vaststelling van de vijfde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad van bestuur van het AGB Geraardsbergen van 17 december 2024;

        Juridisch kader
        Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 5 juli 2005 waarin de oprichting en de statuten van het AGB Geraardsbergen, werden goedgekeurd;
        Gelet op de huidige statuten van het AGB Geraardsbergen, laatst gewijzigd en goedgekeurd door de gemeenteraad van 30 december 2019;
        Gelet op de beheersovereenkomst tussen het Lokaal Bestuur Geraardsbergen en het AGB Geraardsbergen, laatst gewijzigd en goedgekeurd door de gemeenteraad van 30 december 2019;
        Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen;
        Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen;
        Gelet op de omzendbrief KBB/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus;
        Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur, meer bepaald art. 241, 250, 259 en 596;
        Publieke stemming
        Aanwezig: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Veerle Alaert
        Voorstanders: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte
        Tegenstanders: Stephan Bourlau
        Onthouders: Hans De Gent, Krist Matthys
        Resultaat: Met 27 stemmen voor, 1 stem tegen, 2 onthoudingen
        Besluit
        Artikel 1:
        De voorgelegde vijfde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Geraardsbergen goed te keuren.
         
        Artikel 2:
        Afschrift te bezorgen aan het AGB Geraardsbergen.
         
        Artikel 3:
        Afschrift te bezorgen aan de toezichthoudende overheid.
         
        Artikel 4:
        Het aangepast meerjarenplan 2020-2025 volgens de bepalingen van artikel 250 van het decreet Lokaal bestuur in digitale vorm aan de Vlaamse Regering over te maken.
      • Vijfde aanpassing meerjarenplan 2020-2025: goedkeuring deel OCMW.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Gelet op het voorliggend ontwerp van de vijfde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 - deel OCMW;
        Overwegende dat het decreet van 22 december 2017 over het Lokaal Bestuur en het Provinciedecreet van 9 december 2005 bepalen dat de lokale besturen hun meerjarenplan minstens één keer per jaar moeten aanpassen om de kredieten voor het volgende boekjaar vast te stellen;
        Gelet op de beslissing van de OCMW-raad van 17 december 2024 betreffende de vaststelling van de vijfde aanpassing meerjarenplan 2020-2025;
        Overwegende dat de goedkeuring van de gemeenteraad nodig is omdat de gemeente de financiële gevolgen moet dragen van de keuzes die de raad voor maatschappelijk welzijn maakt;

        Juridisch kader

        Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, meer bepaald art. 40, 254, 255, 256;
        Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en de beheerscyclus (BVR BBC);
        Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen (MB BBC);
        Gelet op de omzendbrief KB/ABB 2019/4: strategische meerjarenplannen 2020-2025 lokale en provinciale besturen;
        Gelet op de omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus,

        Publieke stemming
        Aanwezig: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Veerle Alaert
        Voorstanders: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte
        Tegenstanders: Stephan Bourlau
        Onthouders: Paul Deprez, Hans De Gent, Krist Matthys
        Resultaat: Met 26 stemmen voor, 1 stem tegen, 3 onthoudingen
        Besluit

        Artikel 1:
        De vijfde aanpassing meerjarenplan 2020-2025 - deel OCMW, zoals vastgesteld door de Raad voor maatschappelijk welzijn op 17 december 2024, goed te keuren.

        Artikel 2:
        Het aangepast meerjarenplan 2020-2025 volgens de bepalingen van artikel 250 van het decreet lokaal bestuur in digitale vorm aan de Vlaamse Regering over te maken.

        Artikel 3:
        Dit besluit bekend te maken volgens de bepalingen van artikels 285 en 286 van het decreet over het lokaal bestuur (publicatie lijst, besluit en inhoud op webtoepassing). De toezichthoudende overheid zal in kennis worden gesteld volgens de bepalingen van artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur.

      • Vijfde aanpassing meerjarenplan 2020-2025: vaststelling deel Stad.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Gelet op het voorliggend ontwerp van de vijfde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 - deel stad;

        Overwegende dat het decreet van 22 december 2017 over het Lokaal Bestuur en het Provinciedecreet van 9 december 2005 bepalen dat de lokale besturen hun meerjarenplan minstens één keer per jaar moeten aanpassen om de kredieten voor het volgende boekjaar vast te stellen;

        Overwegende dat de gemeenten en de OCMW's een geïntegreerd aangepast meerjarenplan hebben met hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan;

        Overwegende dat zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn zijn eigen deel van het aangepast meerjarenplan moet vaststellen;

        Juridisch kader

        Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het Lokaal Bestuur, meer bepaald art. 40, 254, 255, 256;
        Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en de beheerscyclus (BVR BBC);
        Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen (MB BBC);
        Gelet op de omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus,

        Publieke stemming
        Aanwezig: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Veerle Alaert
        Voorstanders: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte
        Tegenstanders: Stephan Bourlau
        Onthouders: Paul Deprez, Hans De Gent, Krist Matthys
        Resultaat: Met 26 stemmen voor, 1 stem tegen, 3 onthoudingen
        Besluit

        Artikel 1:
        De vijfde aanpassing meerjarenplan 2020-2025 - deel stad vast te stellen.

        Artikel 2:
        Het aangepast meerjarenplan 2020-2025 volgens de bepalingen van artikel 250 van het decreet lokaal bestuur in digitale vorm aan de Vlaamse Regering over te maken.

        Artikel 3:
        Dit besluit bekend te maken volgens de bepalingen van artikels 285 en 286 van het decreet over het lokaal bestuur (publicatie lijst, besluit en inhoud op webtoepassing). De toezichthoudende overheid zal in kennis worden gesteld volgens de bepalingen van artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur.

      • Prijssubsidiereglement 2025 AGB: goedkeuring.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Overwegende het voorstel van de vijfde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Geraardsbergen;
        Overwegende dat het om economisch leefbaar te zijn nodig is dat het AGB Geraardsbergen vanwege de Stad Geraardsbergen prijssubsidies ontvangt als vergoeding voor het recht op toegang tot activiteiten van het cultureel centrum (tickets) te Geraardsbergen;

        Juridisch kader

        Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 5 juli 2005 waarin de oprichting en de statuten van het AGB Geraardsbergen werden goedgekeurd;
        Gelet op de huidige statuten van het AGB Geraardsbergen, laatst gewijzigd en goedgekeurd door de gemeenteraad van 30 december 2019;
        Gelet op de beheersovereenkomst tussen de Stad Geraardsbergen en het AGB Geraardsbergen, laatst gewijzigd en goedgekeurd door de gemeenteraad van 30 december 2019;
        Gelet op het prijssubsidiereglement vanwege de Stad Geraardsbergen, initieel goedgekeurd door de gemeenteraad van 15 december 2020;
        Gelet op de beslissing tot het vaststellen van de prijssubsidiereglement door Raad van Bestuur AGB van 19 december 2023;
        Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur, meer bepaald art. 241, 259 en 596;

        Financieel kader

        De ontvangen prijssubsidie wordt geboekt op algemene rekening 70700000, beleidsitem 070100;

        Publieke stemming
        Aanwezig: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Veerle Alaert
        Resultaat: Met 30 niet gestemd
        Besluit

        Artikel 1: 
        De gemeenteraad keurt het prijssubsidiereglement 2025, vermeld in artikel 2 van huidige beslissing, ten voordele van het AGB Geraardsbergen, goed.

        Artikel 2:
        PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT 2025 AGB GERAARDSBERGEN

        Het Autonoom Gemeentebedrijf Geraardsbergen, afgekort AGB Geraardsbergen, heeft haar inkomsten en uitgaven geraamd voor het kalenderjaar 2025. Op basis van deze ramingen heeft het AGB Geraardsbergen vastgesteld dat voor het kalenderjaar 2025 de inkomsten uit het recht op toegang tot activiteiten van het cultureel centrum (tickets) minstens 780.000,00 EUR exclusief btw dienen te bedragen om economisch rendabel te zijn (t.o.v. inkomsten tickets voor 120.000,00 EUR).

        Om economisch rendabel te zijn wenst het AGB Geraardsbergen vanaf heden de voorziene toegangsprijzen (inclusief btw) voor het recht op toegang tot activiteiten van het cultureel centrum (tickets) te vermenigvuldigen met een factor 6,50.

        De Stad Geraardsbergen erkent dat het AGB Geraardsbergen, op basis van deze ramingen, de voorziene toegangsprijzen (inclusief btw) voor het recht op toegang tot activiteiten van het cultureel centrum (tickets) dient te vermenigvuldigen met een factor 6,50 om economisch rendabel te zijn.

        Rekening houdend met de sociale functie van de vrijetijdsinfrastructuur wenst de Stad Geraardsbergen dat er tijdens het kalenderjaar 2024 geen prijsverhogingen doorgevoerd worden ten aanzien van de bezoeker. De Stad Geraardsbergen wenst immers de toegangsprijzen te beperken opdat de vrijetijdsinfrastructuur toegankelijk is voor iedereen. De Stad Geraardsbergen verbindt er zich toe om voor de periode vanaf 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 deze beperkte toegangsprijzen te subsidiëren middels de toekenning van prijssubsidies.
        De waarde van de prijssubsidie toegekend door de Stad Geraardsbergen voor het recht op toegang tot activiteiten van het cultureel centrum (tickets) bedraagt de prijs (inclusief btw) die de bezoeker voor recht op toegang betaalt vermenigvuldigd met een factor 5,50

        De gesubsidieerde toegangsprijzen (inclusief btw) kunnen steeds geherevalueerd worden in het kader van een periodieke evaluatie van de totale exploitatieresultaten van het AGB Geraardsbergen. In de mate er een prijssubsidieaanpassing noodzakelijk is, zal de Stad Geraardsbergen deze steeds documenteren.

        Het AGB Geraardsbergen moet op de 15de dag van elke maand aan de Stad Geraardsbergen een overzicht bezorgen van het recht op toegang tot activiteiten van het cultureel centrum (tickets) verleend tijdens de voorbije maand. Dit overzicht dient tevens het bedrag aan te betalen prijssubsidies te bevatten. De afrekening van deze prijssubsidies zal gebeuren middels de uitreiking van een debetnota die het AGB Geraardsbergen uitreikt aan de Stad Geraardsbergen. De Stad Geraardsbergen dient deze debetnota te betalen aan het AGB Geraardsbergen binnen de 30 dagen na ontvangst.

        Artikel 3:
        Afschrift te bezorgen aan het AGB Geraardsbergen. 

        Artikel 4:
        Afschrift te sturen aan de toezichthoudende overheid.

      • Verlengen van het subsidiereglement toegankelijkheid voor handelszaken en lokalen met een openbaar karakter tot 31 december 2025.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Overwegende dat het subsidiereglement toegankelijkheid voor handelszaken en lokalen met een openbaar karakter ondersteuning wil bieden aan handelszaken en lokalen met een openbaar karakter bij het toegankelijk maken van hun zaak voor personen met een beperking, ouderen en gezinnen; 

        Overwegende dat een goede toegankelijkheid de deelname aan het sociale leven bevordert en vergemakkelijkt; 

        Gelet op het subsidiereglement toegankelijkheid voor handelszaken en lokalen met een openbaar karakter goedgekeurd op de gemeenteraad van 28 april 2020;

        Overwegende dat dit  subsidiereglement bepaalt om maximaal 50% van de gemaakte kosten te subsidiëren met een maximum van 1250 euro; 

        Overwegende dat dit subsidiereglement eindigt op 31 december 2024;

        Overwegende dat dit reglement in de loop van 2025 in kader van een nieuwe opmaak van het meerjarenplan wordt geëvalueerd;

        Overwegende dat het reglement zonder inhoudelijke en financiële aanpassingen wordt verlengd om een betrouwbare dienstverlening niet in het gedrang te brengen;

        Juridisch kader

        Gelet op de artikel 40 van het decreet van lokaal bestuur van 22 december 2017; 

        Financieel kader

        Overwegende dat er budget is voorzien op BI 090999 - voeren van een gelijke kansenbeleid/AR 64900100 - toegankelijkheid van gebouwen aanmoedigen, via subsidiereglement,

        Besluit

        Enig artikel:
        Het subsidiereglement toegankelijkheid voor handelszaken en lokalen met een openbaar karakter tot 31 december 2025 te verlengen.

      • Verlengen van het reglement inzake de mantelzorgpremie tot 31 december 2025.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Overwegende dat een mantelzorgpremie ervoor zorgt dat zorgbehoevenden langer in de thuissituatie kunnen verblijven;

        Overwegende dat de schaal van zelfredzaamheid bepaalt, voor volwassenen, in welke mate iemand moeilijkheden ondervindt bij het uitvoeren van dagelijkse activiteiten zoals verplaatsen, eten bereiden en sociale contacten onderhouden; 

        Overwegende dat er jaarlijks 121 mantelzorgpremies voor een totaalbedrag van 33.750 euro worden uitbetaald;

        Overwegende dat het reglement 'mantelzorgpremie', zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 2 april 2019, met latere wijzigingen, loopt tot 31 december 2024;

        Overwegende dat het reglement inhoudelijk en financieel geëvalueerd wordt in de loop van 2025 in kader van het nieuwe meerjarenplan;

        Juridisch kader

        Gelet op artikel 40 van het decreet lokaal bestuur; 

        Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 2 april 2019 houdende goedkeuring van het reglement mantelzorg;

        Financieel kader

        Overwegende dat er voldoende budget is voorzien op BI 64900000 - AR 090999; 

        Besluit

        Enig artikel:
        Het reglement mantelzorgpremie, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 2 april 2019, met latere wijzigingen, te verlengen tot 31 december 2025. 

      • Verlengen van het subsidiereglement ter ondersteuning van Noord Zuid initiatieven tot 31 december 2025.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Overwegende dat het subsidiereglement ter ondersteuning van Noord Zuid initiatieven, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 30 maart 2021,  organisaties en evenementen wil ondersteunen die gericht zijn op ontwikkelingssamenwerking; organisaties en evenementen die tot doel hebben de leefsituatie in ontwikkelingslanden te verbeteren;

        Overwegende dat dit subsidiereglement wil helpen bij het sensibiliseren rond Noord-Zuidproblematiek, korte keten en fair trade. Deze thema's staan centraal in ons beleid rond ontwikkelingssamenwerking. Korte keten beoogt het minimaliseren van de schakels tussen producent en consument. Fair trade beoogt een eerlijk loon voor de producenten in ontwikkelingslanden; 

        Overwegende dat dit subsidiereglement eindigt op 31 december 2024;

        Overwegende dat dit reglement in de loop van 2025 in kader van een nieuwe opmaak van het meerjarenplan wordt geëvalueerd;

        Overwegende dat dit reglement zonder inhoudelijke en financiële aanpassingen wordt verlengd om een betrouwbare dienstverlening niet in het gedrang te brengen;

        Juridisch kader

        Gelet op artikel 40 van het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017; 

        Financieel kader

        Overwegende dat er voldoende budget is voorzien op BI050000/AR61399999/; 

        Overwegende dat de maximale ondersteuning per initiatief 250 euro bedraagt; 

        Publieke stemming
        Aanwezig: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Veerle Alaert
        Voorstanders: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte
        Tegenstanders: Hans De Gent, Krist Matthys
        Onthouders: Stephan Bourlau, Paul Deprez
        Resultaat: Met 26 stemmen voor, 2 stemmen tegen, 2 onthoudingen
        Besluit

        Enig artikel:
        Het subsidiereglement rond de ondersteuning van Noord Zuid initiatieven, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 30 maart 2021 tot 31 december 2025 te verlengen.

      • Verlengen van het reglement jongerenprojecten in het kader van ontwikkelingssamenwerking tot 31 december 2025.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Overwegende dat het reglement rond jongerenprojecten, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 april 2020,  ondersteuning wil bieden aan jongeren die zich inspannen voor ontwikkelingssamenwerking; 

        Overwegende dat dit reglement rond jongerenprojecten kadert binnen het Noord-Zuidbeleid van het lokaal bestuur; 

        Gelet op het subsidiereglement ter ondersteuning van Noord-Zuid initiatieven goedgekeurd op de gemeenteraad van 17 december 2024;

        Overwegende dat de jongere een bedrag van 50 euro per week ontvangt voor een inleefreis korter dan vier weken en een bedrag van 400 euro voor een inleefreis langer dan vier weken;

        Overwegende dat er een verantwoording wordt gevraagd aan de aanvrager van de subsidie; 

        Overwegende dat het reglement rond jongerenprojecten, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 april 2020, eindigt op 31 december 2024;

        Overwegende dat dit reglement in de loop van 2025 in kader van een nieuwe opmaak van het meerjarenplan wordt geëvalueerd;

        Overwegende dat dit reglement zonder inhoudelijke en financiële aanpassingen wordt verlengd om een betrouwbare dienstverlening niet in het gedrang te brengen;

        Juridisch kader

        Gelet op artikel 40 van het decreet lokaal bestuur; 

        Financieel kader

        Er is budget voorzien op BI 016000 - Actieve Noord-Zuidkoepel/AR 64900000 - Toegestane werkingssubsidies,

        Publieke stemming
        Aanwezig: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Veerle Alaert
        Voorstanders: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte
        Tegenstanders: Hans De Gent, Krist Matthys
        Onthouders: Stephan Bourlau, Paul Deprez
        Resultaat: Met 26 stemmen voor, 2 stemmen tegen, 2 onthoudingen
        Besluit

        Enig artikel:
        Het reglement rond stimuleren van jongerenprojecten in het kader van ontwikkelingssamenwerking, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 28 april 2020, tot en met 31 december 2025 te verlengen.

    • Afdeling Ruimte

      • Goedkeuren van de projectsamenwerkingsovereenkomst 'Masterplan voor de Unalsite in Geraardsbergen' in het kader van T.OP Dender Werf 1: Ruimte voor Water.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Overwegende dat in kader van T.OP Dender De Vlaamse Waterweg nv, Departement Omgeving en de Provincie Oost-Vlaanderen samen met de Dendergemeenten het Strategisch Plan Ruimte voor Water Dendervallei (www.ruimtevoorwater.be) hebben uitgewerkt om naar oplossingen te zoeken voor de overstromingsproblematiek vanuit de Dender die tegelijkertijd ruimtelijke en maatschappelijke meerwaarde creëren, bijvoorbeeld op vlak van openbare ruimte, wonen, toerisme, economie, landbouw;
        Overwegende dat na heel wat studiewerk, onderzoek en inspraak het strategisch plan 'Ruimte voor water Dendervallei' en het daaraan gekoppelde eerste uitvoeringsprogramma 2024-2026 op 31 mei 2024 werd goedgekeurd door de Vlaamse Regering; dat dit strategisch plan de leidraad is waarmee de Vlaamse overheid, de Provincie Oost-Vlaanderen en de gemeentes langs de Dender de komende jaren aan de slag zullen gaan;
        Overwegende dat deze projectovereenkomst de verbintenissen regelt tussen de Partners (De Vlaamse Waterweg nv, Departement Omgeving, Provincie Oost-Vlaanderen) en lokaal bestuur Geraardsbergen om in kader van het Territoriaal Ontwikkelingsprogramma (T.OP) Dender, Werf 1: Ruimte voor Water Dendervallei, vanuit partnerschap de acties uit het Strategisch Plan RVW en het uitvoeringsprogramma fase 1: 2024-2026, voor de Unalsite in Geraardsbergen, vorm te geven;
        Overwegende dat de Partners beslissen om voor het Masterplan voor de Unalsite in twee fases te werken;
        Overwegende dat de eerste fase de opmaak van een Masterplan voor de Unalsite met één of meerdere onderbouwde ruimtelijke scenario’s omvat:
        - Dat aangeeft welke ontwikkelingsmogelijkheden tegelijk realiseerbaar, ruimtelijk haalbaar en wenselijk zijn en bepaalt hoe de bestaande en wenselijke functies op de site en deze in de omgeving harmonieus kunnen co-existeren. Hierbij zal bijzondere aandacht besteed worden aan de integratie van en de synergie tussen de sociale, de ecologische en de economische dimensie van het project,
        - Dat maatschappelijk gedragen is en ruimtelijk een duurzame ontwikkeling garandeert, in relatie tot het omliggend landschap (Dendervallei en flanken), waarbij tegemoet gekomen wordt aan de huidige behoeften zonder deze van de toekomstige generaties in gevaar te brengen,
        - Dat afgestemd is met de geïntegreerde visie (raamwerk en structuurschets) voor de volledige stedelijke doortocht.
        Alsook zal er in de eerste fase volgende onderzoeken en beleidsdocumenten worden tot stand gebracht:
        - Een raming van de kostprijs en geïntegreerde beoordeling van de meerwaarden,
        - Instrumentenonderzoek in functie van gefaseerde uitvoering masterplan en waterrobuuste herontwikkeling,
        - Inventarisatie van en plan van aanpak voor quick wins , als basis voor een of meerdere partners, of andere actoren, die, al dan niet met ondersteuning van T.OP Dender, bepaalde acties reeds tijdens de eerste fase of op korte termijn willen realiseren,
        - Actieprogramma, dat de taakstelling in beeld brengt, deze toewijst aan de Partners of andere betrokken actoren, prioriteiten en fasering voorziet voor de periode 2026-2031;
        Overwegende dat de tweede fase de uitvoeringsfase omvat; dat deze van start gaat van zodra het masterplan definitief vastgesteld is door de stuurgroep en besluitvormingsorganen van de Partners (verwacht in 2026), en waarbij de Partners en eventuele andere actoren het engagement aangaan om het actieprogramma te gaan realiseren. Hiervoor kan deze overeenkomst worden verlengd of kan er een nieuwe samenwerkingsovereenkomst onder de Partners worden afgesloten;
        Overwegende dat de opmaak en uitvoering van het masterplan zal gepaard gaan met een stuurgroep, projectcoördinatie, eventuele werkgroepen en een projectnota;
        Overwegende dat de Partners in functie van een kwalitatieve opmaak van het Masterplan & Actieprogramma Unalsite een externe ondersteuningsopdracht voor 18 maanden uitschrijven; dat de Partners gezamenlijk een ontwerp van bestek opstellen voor de externe ondersteuningsopdracht en beslissen om de Provincie Oost-Vlaanderen aan te duiden om in gezamenlijke naam bij de gunning en de uitvoering van de opdracht als aanbestedende overheid op te treden; dat de Partners deelnemen aan de gunningscommissie;
        Overwegende dat deze overkoepelende samenwerkingsovereenkomst in werking treedt vanaf de datum van de ondertekening door alle Partners en wordt afgesloten voor de duur van fase 1, met halfjaarlijkse evaluatie;
        Overwegende dat de Partners gezamenlijk een ontwerp van bestek opstellen voor de externe ondersteuningsopdracht en beslissen om de Provincie Oost-Vlaanderen aan te duiden om in gezamenlijke naam bij de gunning en de uitvoering van de opdracht als aanbestedende overheid op te treden;

        Juridisch kader

        Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;
        Gelet op het advies door het college van Burgemeester en Schepenen van 11 maart 2024 op het ontwerp strategisch plan en synthesenota;
        Gelet op de aktename advies ontwerp strategisch plan en synthesenota strategisch plan 'ruimte voor water Dendervallei' van de gemeenteraad op 26 maart 2024;
        Gelet op de goedkeuring van de Vlaamse Regering op 31 mei 2024 van het Strategisch Plan 'Ruimte voor water Dendervallei' en eerste Uitvoeringsprogramma 2024-2026;
        Gelet op de aktename van het goedgekeurd strategisch plan ruimte voor water Dendervallei en uitvoeringsprogramma fase 1 2024-2026 door het college van Burgemeester en Schepenen op 1 juli 2024;
        Gelet op de goedkeuring door de gemeenteraad op 24 september 2024 van de overkoepelende overeenkomst 'samen werken aan meer ruimte voor water in Geraardsbergen' tot het verzekeren van het uitvoeringsprogramma fase 1 2024-2026;

        Financieel kader

        De Partners ramen de kostprijs van de ondersteuningsopdracht op 120.000 Euro, incl. btw;
        De Partners streven er in kader van de onderhandelingsprocedure samen naar de opdracht tegen de geraamde kostprijs te kunnen opstarten. De opdracht zal financieel vergoed worden door middel van een cofinanciering door de Partners, met volgende verdeling:
        - Provincie Oost-Vlaanderen: 110.000 Euro, incl. btw.
        - Stad Geraardsbergen: 10.000 Euro, incl. btw . Deze bijdrage voor deze ruimtelijke studie wordt voorzien op AR: 21400000 en BI 060000 (budgetjaar 2025).
        Indien de kostprijs in kader van de aanbestedingsprocedure alsnog hoger ligt dan de raming beslissen de Partners samen hoe ze dit aanpakken: hetzij door de ambities bij te stellen, hetzij door tot een vergelijk te komen. Ze hanteren bij voorkeur de hierboven vermelde verdeelsleutel;

        Besluit

        Enig artikel:
        De gemeenteraad beslist om de projectsamenwerkingsovereenkomst 'Masterplan voor de Unalsite in Geraardsbergen' als volgt goed te keuren:

        TITEL 1. Algemeen

        Artikel 1: Voorwerp van de overeenkomst: Ambities, doelstellingen en output
        Deze overeenkomst regelt de verbintenissen tussen de Partners om in kader van het Territoriaal Ontwikkelingsprogramma (T.OP) Dender, Werf 1: Ruimte voor Water Dendervallei, vanuit partnerschap de acties uit het Strategisch Plan RVW en het uitvoeringsprogramma fase 1: 2024-2026 (beide in bijlage), voor de Unalsite in Geraardsbergen, vorm te geven.
        Alle partners onderschrijven de maatschappelijke nood aan de reconversie van het bedrijventerrein UNAL te Geraardsbergen, alsook de nood om er extra ruimte voor water te ontwikkelen. Ze maakte hiertoe reeds een kadernota met inhoudelijke krijtlijnen voor de waterrobuuste herontwikkeling van de Unalsite (in bijlage), die samen met deze overeenkomst door de Partners wordt onderschreven. Om alle (ruimtelijke) ambities in het projectgebied op elkaar af te stemmen, kiezen de Partners ervoor om met wederzijds respect voor de respectievelijke bevoegdheden en de wijze waarop daarvan gebruik wordt gemaakt, projectmatig samen te werken via een traject op maat van de Unalsite, van masterplan tot uitvoering.
        De Partners beslissen voor dit project en traject in 2 fases te werken:
        1. Fase 1: Een Masterplan & Actieprogramma fase, die van start gaat volgend op de ondertekening van deze overeenkomst, en via een externe ondersteuningsopdracht (zie Titel II) en een participatief traject (zie Artikel 6) de inhoudelijke krijtlijnen uit de kadernota waterrobuuste herontwikkeling Unalsite (in bijlage) vertaald naar:
        ̶ Een Masterplan voor de Unalsite, met één of meerdere onderbouwde ruimtelijke scenario’s:
        o Dat aangeeft welke ontwikkelingsmogelijkheden tegelijk realiseerbaar, ruimtelijk haalbaar en wenselijk zijn en bepaalt hoe de bestaande en wenselijke functies op de site en deze in de omgeving harmonieus kunnen co-existeren. Hierbij zal bijzondere aandacht besteed worden aan de integratie van en de synergie tussen de sociale, de ecologische en de economische dimensie van het project.
        o Dat maatschappelijk gedragen is en ruimtelijk een duurzame ontwikkeling garandeert, in relatie tot het omliggend landschap (Dendervallei en flanken), waarbij tegemoet gekomen wordt aan de huidige behoeften zonder deze van de toekomstige generaties in gevaar te brengen.
        o Dat afgestemd is met de geïntegreerde visie (raamwerk en structuurschets) voor de volledige stedelijke doortocht
        ̶ Een raming van de kostprijs en geïntegreerde beoordeling van de meerwaarden
        ̶ Instrumentenonderzoek in functie van gefaseerde uitvoering masterplan en waterrobuuste herontwikkeling
        ̶ Inventarisatie van en plan van aanpak voor quick wins, als basis voor een of meerdere partners, of andere actoren, die, al dan niet met ondersteuning van T.OP Dender, bepaalde acties reeds tijdens de eerste fase of op korte termijn willen realiseren.
        ̶ Actieprogramma, dat de taakstelling in beeld brengt, deze toewijst aan de Partners of andere betrokken actoren, prioriteiten en fasering voorziet voor de periode 2026-2031.
        De Partners beslissen bij de opmaak van het Masterplan het Strategisch Plan en diens bijlagen, waaronder de Ontwikkelingsvisie en de Verkenningsnota Stedelijke Doortocht Geraardsbergen (eveneens in bijlage), en de kadernota waterrobuuste herontwikkeling Unalsite (in bijlage), als kader en leidraad te hanteren om tot kwalitatieve realisatie te komen. Tevens verbinden ze zich er toe hierbij steeds de dubbele doelstelling van het Strategisch Plan te bewerkstelligen:
        ̶ verminderen van het overstromingsrisico en
        ̶ creëren maatschappelijke en ruimtelijke meerwaarden.
        Ze beslissen deze producten in verschillende stappen op te maken (zie ontwerp projectfiche in bijlage). Op bepaalde momenten (we noemen ze mijlpalen) wordt aan de Partners gevraagd om de tussentijdse output van het proces te valideren in de stuurgroep en de eigen bevoegde, formele besluitvormingsorganen. Dit om een helder mandaat te verkrijgen en te garanderen dat deze stappen door de stuurgroep als finaal afgewerkt en goedgekeurd kunnen worden beschouwd.
        2. Fase 2: Een uitvoeringsfase, die van start gaat van zodra het masterplan definitief vastgesteld is door de stuurgroep en besluitvormingsorganen van de Partners (verwacht in 2026), en waarbij de Partners en eventuele andere actoren het engagement aangaan om het actieprogramma te gaan realiseren. Hiervoor kan deze overeenkomst worden verlengd of kan er een nieuwe samenwerkingsovereenkomst onder de Partners worden afgesloten (zie Artikel 9). Indien ruimtelijke wijzigingen uit het masterplan juridisch verankerd moeten worden (bijvoorbeeld adhv een RUP-procedure) dan wordt dit opgenomen in deze overeenkomst(en).
        De afspraken uit deze overeenkomst behelzen de opstart van de projectmatige samenwerking en enkel de eerste fase ervan. De output van die eerste fase is de oplevering van bovenstaande producten en een beslissing van de stuurgroep tot goedkeuring van het masterplan en het actieprogramma.
        Artikel 2: Plangebied
        Het masterplan Unalsite wordt opgemaakt voor onderstaand aangeduid plangebied. Dit betekent dat het de doelstelling is om ruimtelijk haalbare en maatschappelijk wenselijke plannen te formuleren die passen binnen de doelstellingen zoals geformuleerd in deze samenwerkingsovereenkomst, maar die kunnen afwijken van de bestaande vastgestelde ruimtelijke visies en plannen. Indien dat het geval is, zal dit juridisch moeten worden verankerd, bijvoorbeeld in een RUP-procedure in de uitvoeringsfase.
        In de verschillende fases van het project worden ruimtelijke voorstellen gegenereerd vertrekkende vanuit dit gebied, deze voorstellen kunnen echter impact hebben op of uitspraken doen over de aanliggende zones, als onderdeel van stedelijke doortocht Geraardsbergen. Dit impactgebied wordt niet beperkt en kan variëren per deelstudie.
        Artikel 3: Principes voor waterrobuuste & gefaseerde herontwikkeling Unalsite
        De kadernota waterrobuuste herontwikkeling Unalsite in bijlage omschrijft de inhoudelijke krijtlijnen voor de opmaak van het masterplan Unalsite. Om deze krijtlijnen ook maximaal te laten doorwerken bij de uitvoering van het project, benoemen de partners enkele principes die ze als richtinggevend en prioritair beschouwen voor het hele traject, van masterplan tot uitvoering.
        De volgorde van deze principes indiceert geen ranking in prioriteit. Deze principes worden door de vertegenwoordigers van de partners aldus gehanteerd en tegen elkaar afgewogen bij het nemen van beslissingen tijdens dit project, en dit zowel in de stuurgroep als in werkgroepen. Expliciete afwijkingen op deze principes moeten worden goedgekeurd door de stuurgroep en gecommuniceerd en/of participatief getoetst worden.
        3.1. Bedrijvigheid & tewerkstelling
        De Unalsite is op heden een industrieterrein met werkgelegenheid in de nabijheid van de stedelijke kern van Geraardsbergen, de partners willen deze functie bewaren en waar mogelijk de tewerkstellingsgraad verhogen. Ze willen hierbij maximaal rekening houden met volgende vaststellingen.
        Gezien de nabijheid van de stedelijke kern is deze site bijzonder geschikt voor bedrijven die zich richten op maakeconomie, daarentegen laten de huidige mobiliteitsvoorzieningen niet toe om retail of andere logistieke economische activiteiten te ontwikkelen, ook autonome kantoren zijn op deze site onwenselijk. De ontwikkeling van seveso-activiteiten moet onderzocht worden, maar wordt niet a priori uitgesloten. In elke fase van het project wensen de partners te onderzoeken of het mogelijk is om de aanwezige bedrijven (deels) op de site te houden.
        3.2. Ruimtelijke kwaliteit
        De planning en realisatie van de site moet een duurzame, kwalitatieve ontwikkeling van Geraardsbergen (en de ruimere omgeving) garanderen. Ze wordt ondersteund door een participatieve benadering en significante investeringen. Dit proces omvat voortdurende evaluaties in elke projectfase om duurzaamheid en kwaliteit te waarborgen. Met het doel de ruimtelijke kwaliteit te verbeteren, zetten de partners zich in om zeker geen verdere verharding te realiseren en onthardingsstrategieën te onderzoeken. Dit engagement omvat het onderzoek naar de creatie van een ecologische verbinding tussen de Dender en Boelarebos en het behoud van bestaande natuurverbindingen, onderzoek naar het beperken van hinder van de bedrijvigheid, o.a. d.m.v. buffering en de focus op visuele en ecologische verbeteringen door de stapsgewijze ontwikkeling en implementatie van een betere beeldkwaliteit.
        3.3. Duurzame mobiliteit
        De partners zetten zich in om duurzame mobiliteitsoplossingen te bevorderen, met een integratie van het STOP-principe. Specifiek wordt onderzocht hoe de verkeersleefbaarheid door verkeer van en naar de site (vooral in de Gaverstraat) verhoogd kan worden en er wordt een (haalbaarheids)onderzoek naar een trage verbinding over de Dender tussen de Guilleminbrug en de spoorwegbrug gevoerd. Voorts verkennen de partners actief manieren waarop het masterplan kan bijdragen
        aan de bevordering van multi- en intermodaal grondgebonden vervoer (zowel voor personen als goederen) en deelsystemen.
        3.4. Ruimte voor water
        De Unalsite is an sich niet effectief om bij een T100-overstroming dienst te doen als wachtbekken om de stad Geraardsbergen tegen overstromingen vanuit de Dender te beschermen. In het Strategisch Plan is daarom opgenomen dat de site waterrobuust herontwikkeld moet worden en dat er bij herontwikkeling in het laagst gelegen deel van de site ruimte voor water dient gemaakt te worden. De Unalsite maakt deel uit van de projectzone stedelijke doortocht Geraardsbergen, meer bepaald als stroomopwaartse overgangszone, waarbij de dijken een stuk landinwaarts worden ingericht. Daarnaast dient ook rekening gehouden te worden met buffering van hemelwater dat afstroomt van de heuvelflanken, zodat er zich geen pluviale overstromingen voordoen.
        3.5. Klimaatneutraliteit
        Alle nieuw geplande gebouwen en infrastructuur in het masterplan moeten na constructie minimaal klimaatneutraal functioneren. Dit omvat de bevordering van het gebruik van hernieuwbare energiebronnen (elektriciteit en warmte), ook wordt de haalbaarheid van het inzetten op circulaire materiaalstromen op de site onderzocht. De planning zorgt ervoor dat de site klimaatadaptief wordt ontwikkeld, met een zorgvuldige afstemming van de inplanting van gebouwen, de aanleg van groene zones, en de keuze van verhardingsmaterialen, zodat ze het hoofd bieden aan hevige regenbuien en periodes van droogte en hitte. Hierbij wordt specifiek rekening gehouden met de principes van het Strategisch Plan en de watertoets van de betrokken waterloopbeheerders.
        3.6. Rendabiliteitsprincipe en maatschappelijke betaalbaarheid
        De partners garanderen dat het masterplan de economische en financiële haalbaarheid, alsook de rendabiliteit van zowel publieke als private ontwikkelingen, zal incorporeren als een cruciaal afwegingscriterium in alle fases van het ontwerpend onderzoek.
        3.7. Gefaseerde aanpak
        Op de Unalsite zijn momenteel heel wat bedrijven gevestigd. Tijdens elke fase van het project, van masterplan tot uitvoering, wordt nagegaan of ze op de Unalsite kunnen blijven. Indien dit niet mogelijk blijkt, wordt gezocht naar alternatieve locaties, bij voorkeur in Geraardsbergen, en wordt in functie van tewerkstelling een stappenplan ontwikkeld, met oog voor fasering en overgangsmaatregelen.
        Artikel 4: Masterplan: Plan van Aanpak
        4.1. Methodiek
        Alle wenselijke en bestaande functies in het projectgebied worden opgenomen en onderzocht in een masterplanningsproces dat leidt tot een masterplan en actieprogramma.
        In elke fase van het onderzoek zitten drie componenten die via een procesplan op elkaar worden afgestemd: technisch onderzoek, participatieve terugkoppeling en aansturing.
        Het voordeel van deze manier van werken is dat er telkens wordt gewerkt met ruimtelijke scenario’s die zowel ontworpen werden op basis van aansturing van de partners en bij uitbreiding de stuurgroep als op basis van participatieve input. Tijdens het project wordt er door de partners en projectcoördinator over gewaakt dat er binnen deze contouren voldoende ruimte is voor ontwerp en dat de beoordeling van scenario’s in de stuurgroep en in het participatief proces gericht wordt op het beoordelen van positieve en negatieve componenten van de verschillende scenario’s en niet louter op het selecteren van één van de specifieke scenario’s.
        4.2. Technisch onderzoek
        Technisch onderzoek wordt breed geïnterpreteerd, het betreft input vanuit verschillende ruimtelijke analyses: verbeeldend ontwerpend onderzoek, milieueffectenscreening, mobiliteitsstudies; maar omvat evenzeer het financieel-economische onderzoek, wateranalyses, analyses over beheer of samenwerking, enz. De partners engageren zich ertoe de resultaten van deze studies te respecteren en als vertrekpunt te erkennen om ze aldus zo harmonieus mogelijk te integreren in het masterplan. De partners zullen in de stuurgroep bepalen op welke manier deze studies worden uitgevoerd (gunning of via projectteam) of welk bestaand studiemateriaal als relevant wordt beschouwd. Bovendien wordt output van voorbereidend onderzoek altijd eerst voorgelegd aan de stuurgroep en afgetoetst
        aan de doelstellingen uit de projectnota vooraleer dit wordt gecommuniceerd of participatief wordt afgetoetst.
        4.3. Participatief proces
        De Partners verbinden zich ertoe om via een participatieve strategie de bedrijven, (semi-) professionele stakeholders, belanghebbenden en omwonenden of andere ruimtegebruikers inspraak te geven in het project. Ze voorzien hiervoor in de externe ondersteuningsopdracht ook de nodige ondersteuning.
        De stuurgroep bepaalt welke inspraakmomenten (werkateliers, informatie en/of buurtmomenten,…) er voor welke doelgroepen worden ingericht en bepaalt in welke mate tegemoet gekomen zal worden aan voorstellen die voortvloeien uit het participatief traject. Voorafgaand aan ieder inspraakmoment wordt telkens bepaald welke mate van inspraak er over welk voorwerp wordt aangeboden, hoe dit geïntegreerd en teruggekoppeld zal worden.
        Na elk participatief moment wordt de stuurgroep ingelicht en beslissen de partners hoe de participatieve input wordt meegenomen.
        Artikel 5: Aard van de overeenkomst
        — Deze overeenkomst betreft een projectovereenkomst, binnen de ruimere samenwerking rond Ruimte voor Water Dendervallei tussen de Partners, die bijkomende verbintenissen omvat voor de Unalsite in Geraardsbergen.
        — De samenwerking betreft een ‘coproductie’ met bestuurlijke actoren, waarbij vanuit een gelijkwaardig partnerschap ruimtelijke keuzes worden gemaakt, in overeenstemming met het Strategisch Plan Ruimte voor Water en de ruimtelijke beleidsplannen op de verschillende bestuursniveaus, en waarin wordt bepaald hoe, door wie en met welke middelen deze gerealiseerd zullen worden.
        — In dit samenwerkingsverband gaan de Partners een eerste keer wederzijdse verbintenissen aan over de aanpak van deze opgave, ieders (financiële) bijdrage daaraan en het gezamenlijk bewaken van de voortgang. De Partners nemen in de overeenkomst verbintenissen op, zowel financieel als uitvoerend, voor de fase 1: Masterplan & actieprogramma.
        — Deze overeenkomst is een overeenkomst naar burgerlijk recht. Tenzij uitdrukkelijk anders aangegeven zijn de verbintenissen opgenomen in deze overeenkomst te beschouwen als inspanningsverbintenissen.

        De in deze overeenkomst opgenomen verbintenissen zijn ondergeschikt aan het karakter van openbare bestuur van de Partners, en impliceren derhalve geenszins dat toepasselijke wetten, decreten en besluiten niet zullen worden toegepast. Deze verbintenissen kunnen bijgevolg op geen enkele wijze afbreuk doen aan de opdracht van de Partners om bij de opmaak van ruimtelijke instrumenten en het behandelen van aanvragen tot goedkeuringen, machtigingen en vergunningen steeds de geldende wettelijke en decretale regels toe te passen en de geijkte procedures te doorlopen, waarbij de Partners op elk ogenblik hun volle discretionaire appreciatiebevoegdheid behouden. Evenmin kan de huidige overeenkomst afbreuk doen aan de bevoegdheden van andere overheden die geen Partner zijn bij deze overeenkomst.
        Artikel 6: Algemene uitvoeringsverbintenissen van de Partners
        De samenwerking is gestoeld op het principe van loyale en constructieve samenwerking tussen de Partners met het oog op de realisatie van de doelstellingen en acties uit deze overeenkomst.
        Vanuit die geest verbinden zij zich ertoe om voor de duur van de overeenkomst loyaal samen te werken aan de succesvolle uitvoering ervan, en dit onder meer op basis van de volgende principes:
        − Vaste wil om de doelstellingen en acties uit te voeren op een professionele manier en met bekwame spoed rekening houdend met de duur van de samenwerking;
        − Actieve en constructieve deelname aan de besprekingen en evaluaties;
        − Voeren van een open, transparant en participatief proces;
        − Maximale benutting van de eigen mogelijkheden en bevoegdheden;
        − Wederzijds respect tussen alle Partners over de aard van de respectievelijke bevoegdheden en de wijze waarop daarvan gebruik wordt gemaakt;
        − Snelheid en doeltreffendheid van de wederzijdse communicatie en informatieverstrekking;
        − Werken ter goede trouw.
        Alle Partners verbinden zich ertoe om alle redelijke inspanningen te leveren met het oog op de realisatie van de gemeenschappelijke doelstellingen en acties vermeld in Artikel 1. Zij verbinden zich ertoe om elk hun eigen beleid en lopende projecten zo veel als mogelijk af te stemmen op de doelstellingen en acties van deze samenwerking. En vice versa. Hieronder verstaan de Partners ook dat ze tijdens de opmaak van het masterplan, vanuit het voorzorgs- en rechtszekerheidsprincipe, terughoudend en omzichtig omspringen met vergunningsaanvragen binnen het studie- en plangebied. En bij de boordeling van vergunningsaanvragen minstens
        nagaan of het voorgestelde project verzoenbaar is met het masterplan in opmaak. Zodat kansen voor samenhang publiek-private ruimte, stadsontwikkeling,… niet verloren gaan.
        De Partners verbinden zich ertoe om, waar nodig of nuttig voor de uitvoering, en steeds binnen de eigen bevoegdheden, samen te werken met derden die rechtstreeks of onrechtstreeks kunnen bijdragen aan de uitvoering. Zonder limitatief te zijn, kan dit de samenwerking betreffen met bedrijven, middenveld, projectontwikkelaars, lokale stakeholders, belangengroeperingen, enz. In het algemeen is de samenwerking tussen de Partners erop gericht om een zo groot mogelijk maatschappelijk draagvlak te creëren.
        Artikel 7: Werking en overlegstructuur
        7.1. Strategische sturing vanuit stuurgroep
        Deze samenwerking behelst de opstart van een projectstructuur met een stuurgroep, projectcoördinator, eventuele werkgroepen, en projectnota.
        Door akkoord te gaan met deze samenwerkingsovereenkomst, engageren de Partners zich om zo snel als mogelijk een stuurgroep op te richten, waarin elk van de Partners evenwaardig vertegenwoordigd is en inspraak heeft, en waarin gestreefd wordt om per consensus te beslissen door gemandateerde afgevaardigden van de Partners.
        De stuurgroep wordt belast met de strategische beslissingen aangaande het project. De stuurgroep doet telkens een tussentijdse evaluatie van het project, via aansturing op de projectnota, en beslist daarbij over proces, plan van aanpak, timing en eventuele wijziging van doelstellingen (in geval van problemen of opportuniteiten), fundamentele budgettaire aspecten (en andere middelen),… Wijzigingen in deze fases worden per unanimiteit goedgekeurd nadat de impact van de wijziging op de verschillende projectonderdelen onderzocht werd.
        Om een goede werking van de stuurgroep te garanderen, werken de Partners aan een actieve open communicatie, waarbij problemen en kansen tijdig worden besproken op de stuurgroep. De leden van de stuurgroep zijn door hun organisatie gemandateerd om operationele keuzes te maken met betrekking tot bovenstaande taken. Hiertoe neemt iedere Partner een besluit, waarin volgende punten zijn opgenomen:
        ̶ Politieke vertegenwoordiging stuurgroep (effectief en plaatsvervanger)
        ̶ Mandaat aan de afgevaardigde om het bestuur in de stuurgroep te vertegenwoordigen en beslissingen te nemen
        Op bepaalde momenten (we noemen ze mijlpalen) wordt aan de Partners gevraagd om de tussentijdse output van het proces te valideren in de eigen bevoegde, formele besluitvormingsorganen, dit om een helder mandaat te verkrijgen en te garanderen dat deze stappen door de stuurgroep als finaal afgewerkt en goedgekeurd kunnen worden beschouwd.
        Tijdens de eerste samenkomst van de stuurgroep wordt allereerst een huishoudelijk reglement voorgelegd aan de stuurgroepleden. Dit huishoudelijk reglement omschrijft praktische afspraken voor de goede werking van de stuurgroep. Tevens wordt bepaald hoe de stuurgroepleden beslissingen van de stuurgroep over mijlpalen valideren binnen hun eigen besluitvormingsorganen. Daarnaast omvat het huishoudelijk reglement een procedure voor als de partners van het project het (lange tijd) niet eens kunnen raken in de stuurgroep.
        De stuurgroep wordt voorgezeten door de Provincie Oost-Vlaanderen en het verslag en administratieve afhandeling worden verzorgd door de projectcoördinator. De stuurgroep komt samen in functie van de goede vooruitgang van het projectproces en bij voorkeur elke 3 maanden.
        De stuurgroep kan beslissen om relevante stakeholders als adviserende leden te laten deelnemen aan de stuurgroep, dit kan op tijdelijke of permanente basis. Ook adviserende stuurgroepleden dienen het huishoudelijk reglement te onderschrijven om te kunnen zetelen in de stuurgroep.
        7.2. Projectcoördinator & Projectbureau
        De projectcoördinator staat in voor de dagelijkse inhoudelijke opvolging en coördinatie van het project, alsook de wisselwerking ervan met andere relevante lopende projecten en initiatieven. De coördinatie bewaakt de kwaliteit van het project en het proces en is verantwoordelijk voor een transparante rapportage naar de stuurgroep. De projectcoördinator wordt aangestuurd door de stuurgroep. De projectcoördinator kan stuurgroepleden aanspreken indien bevestigde engagementen niet, onvolledig of niet tijdig worden nagekomen.
        De projectcoördinator roept eventuele werkgroepen tezamen en zit deze voor, staat in voor opvolging van dienstverleners, zowel inhoudelijk als administratief. Hij/zij neemt deel aan alle vergaderingen die betrekking hebben op en relevant zijn voor de inhoudelijke uitwerking van het project. Hij/zij bereidt de externe communicatie vanuit het project voor en is het eerste aanspreekpunt en eindverantwoordelijke voor het verlenen van informatie naar alle betrokkenen.
        De projectcoördinator wordt voorzien door de Provincie Oost-Vlaanderen. Via deze samenwerkingsovereenkomst erkent het provinciebestuur het autonome karakter van de taakstelling van de projectcoördinator in het kader van deze opdracht.
        Het projectbureau omvat de projectcoördinator en zijn/haar ondersteuning, tewerkgesteld bij Provinciebestuur Oost-Vlaanderen. In concreto gaat het om:
        — Projectcoördinator (A4): 0,3 VTE/15 maanden
        — Beleidsmedewerker grondgebonden zaken, ruimtelijk planner en/of beleidsmedewerker participatie of (A1): 0,5 VTE/15 maanden
        Deze mensen werken in de werkgroepen samen met personeelsleden die afgevaardigd zijn vanuit de partners. Alle partners engageren zich om – afhankelijk van de inhoudelijke noodwendigheden van het project – projectpersoneel met de nodige expertise vrij te maken om deel te nemen aan werkgroepen. Hierbij is de logica dat elke partner die competenties inbrengt die corresponderen met de expertise of het belang van deze partner. Deze engagementen worden telkens vertaald in de projectnota. Na de goedkeuring van de projectnota engageren de partners zich om de voorziene tijdsbesteding van deze personeelsleden vrij te maken.
        De input of aanbevelingen die door deze experts worden geformuleerd, worden door het projectbureau opgevolgd, gerapporteerd of verwerkt voor andere werkgroepen.
        7.3. Projectnota ifv monitoring en evaluatie
        Het projectbureau maakt bij opstart van de samenwerking een projectnota op (verdere uitwerking van de ontwerp projectfiche als bijlage), waarin de bepalingen uit deze overeenkomst vertaald worden. Deze projectnota wordt voorafgaand aan elke stuurgroep door het projectbureau geactualiseerd. Hierbij wordt via een tijdslijn uitgezet welke output gerealiseerd zal worden door werkgroepen en/of via externe opdrachten en hoe en wanneer beslissingen worden genomen. Een begroting met middelenbesteding (actueel en geraamd) wordt altijd toegevoegd aan de projectnota. Het doel is een logische onderbouwde en transparante aansturing mogelijk te maken vanuit de stuurgroep opdat zowel genomen beslissingen, nieuwe elementen uit onderzoek als participatieve input geïntegreerd raken bij de opmaak van het masterplan. Hierbij worden alternatieve opties voor toekomstige processtappen gerapporteerd en wordt aangegeven wanneer besluitvormingsmomenten worden geagendeerd. De Partners leven de beslissingen uit goedgekeurde projectnota’s na.
        7.4. Werkgroepen
        De stuurgroep beslist, op voorstel van de projectcoördinator, over de oprichting van werkgroepen. Deze worden voor een bepaalde duur belast met afgebakende operationele en/of voorbereidende taken binnen het project. Werkgroepen worden
        voorgezeten door de projectcoördinator en samengesteld met relevante vertegenwoordigers vanuit het partnerschap, experts en dienstverleners. De taken en output van de werkgroepen worden omschreven in de projectnota.
        Alle Partners engageren zich om – afhankelijk van de inhoudelijke noodwendigheden van het project – projectpersoneel met de nodige expertise vrij te maken om deel te nemen aan werkgroepen. Hierbij is de logica dat elke partner die competenties inbrengt die corresponderen met de expertise of het belang van deze partner. Deze engagementen worden telkens vertaald in de projectnota. Na de goedkeuring van de projectnota engageren de Partners zich om de voorziene tijdsbesteding van deze personeelsleden vrij te maken.
        De input of aanbevelingen die door deze experts wordt geformuleerd wordt, door het projectteam opgevolgd, gerapporteerd of verwerkt voor andere werkgroepen.
        Artikel 8: Communicatie
        De Partners verbinden zich er toe om bij elke vorm of elk geval van externe communicatie (via de pers, print media, website en audiovisuele media) over de projecten ikv T.OP Dender Werf 1 ‘Ruimte voor Water’ op het grondgebied van Stad Geraardsbergen, in bijzonder m.b.t. de Unalsite in Geraardsbergen, voor zover zij betrekking heeft op het voorwerp van deze overeenkomst en ongeacht of het initiatief tot externe communicatie uitgaat van één van de partners, specifieke communicatierichtlijnen in acht te nemen. De partners en de opdrachthouders zijn gebonden aan deze richtlijnen.
        — Het kader waarbinnen deze opdracht wordt uitgevoerd dient steeds vermeld te worden als ‘T.OP Dender – Werf 1: Ruimte voor water Dendervallei’, evenals de Partners (‘initiatief van de Vlaamse overheid, de Provincie Oost-Vlaanderen, Stad Geraardsbergen’)
        — Bij elke vorm van visuele communicatie zoals drukwerk of een vermelding op website, dienen steeds de logo’s van de partners vermeld te worden.
        De Partners hebben ook bijzonder oog voor het afstemmen van de communicatie in kader van relevante lopende projecten (Den Bleek, Stedelijke Doortocht Geraardsbergen,…) op de communicatie in kader van deze samenwerking, in bijzonder richting dezelfde doelgroepen of -publiek.
        Artikel 9: Duur van de samenwerking
        Deze samenwerkingsovereenkomst treedt in werking vanaf de datum van de ondertekening door alle Partners en wordt afgesloten voor de duur van uitvoeringsfase 1 van het Strategisch Plan, met halfjaarlijkse evaluatie.
        Na afloop van deze termijn vervalt deze overeenkomst automatisch en van rechtswege.
        Huidige samenwerkingsovereenkomst wordt niet stilzwijgend verlengd of vernieuwd. De Partners hebben de mogelijkheid om deze samenwerkingsovereenkomst uitdrukkelijk te verlengen of te vernieuwen met oog op het halen of uitbreiden van de projectdoelstellingen of om met de Partners vanaf 2027 uitvoeringsfase 2 samen vorm te geven.
        Artikel 10: Toetreding
        De Partners staan ervoor open dat andere bovenlokale of lokale actoren tot deze samenwerking kunnen toetreden, mits volgende voorwaarden:
        — zij het geheel aan prioriteiten van de samenwerking en deze overeenkomst onderschrijven,
        — hiertoe engagement opnemen en een gelijk(w)aardige capaciteit inbrengen,
        — en de Partners van deze samenwerking hiermee akkoord gaan.
        Artikel 11: Uittreding
        Iedere Partner behoudt de mogelijkheid om eenzijdig uit te treden uit de huidige samenwerkingsovereenkomst. Dit kan ten vroegste één jaar na de datum van het afsluiten van de huidige overeenkomst en vervolgens telkens naar aanleiding van de halfjaarlijkse evaluatie door de Partners. De Partner die de samenwerking wenst te stoppen brengt de andere Partners hierbij minstens 30 dagen vóór de halfjaarlijkse evaluatie op de hoogte per Beveiligde Zending. Uittreden kan mits naleving van een uittredingstermijn van 6 maanden, die ingaat de maand volgend op de maand waarin de uittreding per Beveiligde Zending werd betekend.
        In geval van uittreding van een Partner uit de overeenkomst bepalen de overblijvende Partners in onderling overleg wat er gebeurt met de verbintenissen van de uittredende Partner. De Partner die uittreedt is een schadevergoeding verschuldigd aan de andere Partners voor de door de uittreding veroorzaakte
        schade. In elk geval van uittreding blijven de Partners gehouden om de reeds in het kader van de samenwerking gegunde opdrachten te betalen.
        Artikel 12: Ontbinding
        Alle Partners kunnen de samenwerkingsovereenkomst door de rechtbank laten ontbinden, in geval van een Ernstige Tekortkoming door één van de Partners aan zijn verbintenissen.
        Artikel 13: Nietigheden
        De nietigheid van een bepaling in deze overeenkomst zal geenszins de nietigheid van de overige bepalingen van deze overeenkomst of van de overeenkomst zelf met zich meebrengen. De Partners zullen zich, in voorkomend geval, inspannen om de nietige bepaling te vervangen door een werkbare en geldige bepaling met een praktisch en economisch gelijkaardig resultaat.
        Artikel 14: Overmacht
        De Partners zijn niet aansprakelijk ten aanzien van elkaar wanneer zij hun verplichtingen krachtens deze overeenkomst niet kunnen nakomen ingevolge overmacht. Onder overmacht in het kader van deze overeenkomst wordt verstaan iedere onvoorziene en onoverkomelijke omstandigheid of gebeurtenis onafhankelijk van de wil van de Partners.
        Artikel 15: Geschillen
        De Partners verbinden zich ertoe ieder tussen hen gerezen geschil in de uitvoering van deze samenwerkingsovereenkomst, te bespreken binnen de stuurgroep om aldaar tot een onderhandelde oplossing te komen, en dit binnen een termijn van 15 kalenderdagen nadat één der Partners aan de andere partij Partners per Beveiligde Zending heeft gesteld dat er sprake is van een geschil.
        Indien een geschil niet tot een onderhandelde oplossing komt, kan dit worden voorgelegd aan de bevoegde rechtbank. Huidige overeenkomst wordt beheerst door en geïnterpreteerd volgens het Belgisch recht.
        TITEL 2. Uitbesteding van een externe ondersteuningsopdracht
        Artikel 16: Onderwerp van de ondersteuningsopdracht
        De Partners beslissen om voor de kwalitatieve opmaak van het Masterplan & Actieprogramma Unalsite een externe ondersteuningsopdracht voor 18 maanden uit te schrijven, met volgende delen:
        ̶ Een Masterplan voor de Unalsite, met één of meerdere onderbouwde ruimtelijke scenario’s:
        o Dat aangeeft welke ontwikkelingsmogelijkheden tegelijk realiseerbaar, ruimtelijk haalbaar en wenselijk zijn en bepaalt hoe de bestaande en wenselijke functies op de site en deze in de omgeving harmonieus kunnen co-existeren. Hierbij zal bijzondere aandacht besteed worden aan de integratie van en de synergie tussen de sociale, de ecologische en de economische dimensie van het project.
        o Dat maatschappelijk gedragen is en ruimtelijk een duurzame ontwikkeling garandeert, in relatie tot het omliggend landschap (Dendervallei en flanken), waarbij tegemoet gekomen wordt aan de huidige behoeften zonder deze van de toekomstige generaties in gevaar te brengen.
        o Dat afgestemd is met de geïntegreerde visie (raamwerk en structuurschets) voor de volledige stedelijke doortocht
        ̶ Een raming van de kostprijs en geïntegreerde beoordeling van de meerwaarden
        ̶ Instrumentenonderzoek in functie van gefaseerde uitvoering masterplan en waterrobuuste herontwikkeling
        ̶ Inventarisatie van en plan van aanpak voor quick wins, als basis voor een of meerdere partners, of andere actoren, die, al dan niet met ondersteuning van T.OP Dender, bepaalde acties reeds tijdens de eerste fase of op korte termijn willen realiseren.
        ̶ Actieprogramma, dat de taakstelling in beeld brengt, deze toewijst aan de Partners of andere betrokken actoren, prioriteiten en fasering voorziet voor de periode 2026-2031.
        De Partners ramen de kostprijs van de opdracht op 120.000 Euro, incl. btw.
        Artikel 17: Opmaak bestek en gunning opdracht
        De Partners stellen gezamenlijk een ontwerp van bestek op voor de externe ondersteuningsopdracht en beslissen Provincie Oost-Vlaanderen aan te duiden om in gezamenlijke naam bij de gunning en de uitvoering van de opdracht als aanbestedende overheid op te treden.
        De Partners nemen deel aan de gunningscommissie. Provincie Oost-Vlaanderen zal de opdracht slechts gunnen en sluiten na gezamenlijke beoordeling van de offertes en nadat alle Partnerts schriftelijk met het gemotiveerde gunningsverslag en het bericht van sluiting hebben ingestemd.
        Als aanbestedende overheid staat Provincie Oost-Vlaanderen in voor het juridisch correcte verloop van de gunningsprocedure en de uitvoering van de opdracht. Alle kosten en volledige verantwoordelijkheid i.v.m. de vernoemde opmaak, toewijzing en opvolging van de vastlegging worden volledig door Provincie Oost-Vlaanderen gedragen. Provincie Oost-Vlaanderen zal hiervoor de overige Partners vrijwaren.
        Artikel 18: Financiering
        De Partners streven er in kader van de onderhandelingsprocedure samen naar de opdracht tegen de geraamde kostprijs te kunnen opstarten. De opdracht zal financieel vergoed worden d.m.v. een cofinanciering door de Partners, met volgende verdeling:
        — Provincie Oost-Vlaanderen: 110.000 Euro, incl. btw.
        — Stad Geraardsbergen: 10.000 Euro, incl. btw.
        Indien de kostprijs in kader van de aanbestedingsprocedure alsnog hoger ligt dan de raming beslissen de Partners samen hoe ze dit aanpakken: hetzij door de ambities bij te stellen, hetzij door tot een vergelijk te komen. Ze hanteren bij voorkeur de hierboven vermelde verdeelsleutel.
        De Vlaamse Waterweg nv draagt financieel niet bij aan de opdracht, maar stelt, indien beschikbaar, informatie ter beschikking voor de waterkundige modellering, nood aan beschermingsdijken en hun randvoorwaarden. Het Departement Omgeving draagt evenmin financieel bij, maar stel expertise ter beschikking in functie van instrumentenafweging en vormgeven actieprogramma.
        Artikel 19: Betaling
        Er wordt gewerkt met het principe van split-facturatie. Alle partners voorzien in de rechtstreekse betaling van hun aandeel in de opdracht. De opdrachthouder zal deze diensten rechtstreeks aan de betrokken partner(s) factureren (gesplitste factuur) à rato van hun aandeel.
        Indien bepaalde Partner(s) aanvullende werken wens(t)(en) af te nemen, worden deze werken uitgevoerd voor rekening van (elk van) de partner(s) (à rato van hun aandeel).
        Indien een van de Partners de wettelijk of contractueel voorziene betalingstermijnen niet naleeft en hierdoor verwijlinteresten en/of andere schadevergoedingen verschuldigd is, zal zij de andere Partner(s) volledig vrijwaren.
        Artikel 20: Leiding, uitvoering en wijziging van de opdracht
        Provincie Oost-Vlaanderen duidt als aanbestedende overheid de leidend ambtenaar aan. De leidend ambtenaar neemt de leiding van de opdracht waar samen met de projectcoördinator. Dit betekent dat zij alleen gemachtigd zijn om - voor alle opdrachten, wie ze ook ten laste neemt - opdrachten te geven aan de aannemer, proces-verbaal van ingebrekestelling op te maken, proces-verbaal van voorlopige en definitieve oplevering van de dienst op te maken, te schorsen, vorderingsstaten goed te keuren, verrekeningen op te maken en voor te stellen, eventuele maatregelen van ambtswege voor te stellen, enz.
        De leidend ambtenaar en projectcoördinator streven er evenwel naar de ondersteuningsopdracht in nauw overleg met de andere Partners (via de stuurgroep) aan te sturen en zo nodig voorafgaandelijk aan zijn/haar beslissing advies vragen aan de overige partners. Indien de aanbestedende overheid tijdens de uitvoering een belangrijke wijziging van de opdracht noodzakelijk acht, wordt vóór de betekening aan de opdrachthouder de goedkeuring op basis van een advies van de overige Partners bekomen met de vooropgestelde wijzigingen en verrekeningen.
        Advies aan de leidend ambtenaar dient gegeven te worden binnen een termijn die noodzakelijk is voor de vlotte voortgang der werken. De leidend ambtenaar bepaalt de adviestermijn. De Partners dragen de volledige verantwoordelijkheid, ook financiële, voor onder meer het tijdig verlenen van dit advies. In principe is dit advies bindend. Wanneer de leidend ambtenaar meent dat hierdoor de opdracht in zijn geheel in het gedrang komt, bijvoorbeeld door belangenconflicten en/of onvoorziene omstandigheden (zoals bvb. technische moeilijkheden, het uitblijven van beslissingen,…) of niet in overeenstemming met de vooropgezette planning kan
        worden uitgevoerd, zal de leidend ambtenaar deze situatie met de vertegenwoordigers van alle Partners bespreken en zullen zij in onderling overleg een beslissing proberen te nemen. Komen de partners niet overeen wordt de leidend ambtenaar bij deze bepaling door hen gemachtigd om een beslissing te nemen in het belang van de opdracht als geheel.

      • Niet goedkeuren van het tracé en de rooilijn van de aan te leggen weg en groenzone in de verkaveling en bijstelling Taalmeers-Goeferdingeplein.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Gelet op de aanvraag tot omgevingsvergunning voor het verkavelen van een terrein tussen Taalmeers en Goeferdingeplein te 9500 Goeferdinge met kadastrale gegevens 5e Afdeling, Sectie A, nrs. 0671L, 0671D, 0671C, 0671N, 0671M en 0704C in 1 lot voor open bebouwing en 14 loten voor halfopen bebouwing met aanleg van wegenis en een groenzone;

        Overwegende dat bovengenoemde aanvraag betrekking heeft op een terrein dat zich situeert ten oosten van de dorpskern van Goeferdinge met de kerk; dat het terrein in westelijke richting grenst aan een smalle, doodlopende woonstraat, het Goeferdingeplein, met hoofdzakelijk vrijstaande eengezinswoningen (recentere eengezinswoningen en oudere hoeves); dat de gemeenteweg Goeferdingeplein tot aan het te verkavelen terrein komt; dat ten oosten van het te verkavelen terrein de verkaveling Taalmeers gelegen is, met hoofdzakelijk vrijstaande eengezinswoningen; dat de wegenis in deze verkaveling momenteel niet aantakt op het te verkavelen terrein maar eindigt in een bouwlot, lot 9; dat zich in noordelijke richting een dagrecreatiegebied bevindt dat tot enkele jaren geleden in gebruik was voor voetbalactiviteiten; dat ook het te verkavelen terrein in gebruik was als oefenterrein voor voetbal; dat ten zuiden van het te verkavelen terrein een natuurgebied ligt; dat op de zonegrens, op het te verkavelen terrein, gemeenteweg nr. 18 (1 meter breed) loopt; dat het terrein afhelt in zuidelijke richting;

        Overwegende dat men met bovengenoemde aanvraag beoogt het betrokken terrein te verkavelen in 1 lot voor open bebouwing, 14 loten voor halfopen bebouwing en 1 lot dat zal worden overgedragen naar het openbaar domein en dat nieuwe wegenis, een groenzone en 20 parkeerplaatsen zal omvatten; dat de nieuwe weg zowel op Taalmeers als op Goeferdingeplein zal aantakken; dat er in het midden van deze weg neerklapbare beugels worden geplaatst zodat er geen doorgaand verkeer mogelijk is; dat enkel voor hulpdiensten en zacht verkeer een doorgang mogelijk zal zijn; dat er 8 woningen dienen te ontsluiten via Taalmeers en 7 woningen dienen te ontsluiten via Goeferdingeplein; dat de weg in waterdoorlatende betonstraatstenen zal worden aangelegd; dat langsheen deze weg, gebundeld in 3 delen, 20 publieke parkeerplaatsen zullen worden aangelegd, waarvan 1 voor mindervaliden; dat de 'gewone' parkeerplaatsen in betongrasdallen zullen worden voorzien en de mindervalidenparkeerplaats in grijze waterdoorlatende betonstraatstenen met een groenvoeg; dat ter hoogte van de aantakking van de nieuwe weg op Goeferdingeplein ook een groenzone zal worden aangelegd, die zal doorlopen tot achter 2 nieuwe woonkavels en tot aan gemeenteweg nr. 18 zal komen; dat binnen de rooilijn het tracé van de nieuwe weg wordt voorzien, net zoals de publieke parkeerplaatsen en de groenzone; dat dit geheel wordt aangeduid als lot 16 dat kosteloos zal worden overgedragen aan de stad; dat er ook nog een stukje asfalt zal worden aangelegd op bestaand openbaar domein om de aantakking met de bestaande asfaltverharding in Goeferdingeplein te kunnen maken; dat er gescheiden riolering zal worden aangelegd; dat de DWA riolering zal worden aangesloten op het rioleringsstelsel in Taalmeers; dat de RWA riolering zal worden afgeleid naar een infiltratievoorziening in de groenzone; dat deze infiltratievoorziening niet zal worden voorzien van een overloop;

        Overwegende dat de grootte van de bouwloten zal variëren van 329 m² tot 767 m²; dat de bouwzones 8,5 of 9,0 meter breed zullen zijn; dat enkel het lot voor open bebouwing een 10,5 meter brede bouwzone zal omvatten en dat bij de ondiepe loten 10 en 11 de bouwzone 12 meter breed zal zijn; dat de max. bouwdiepte van de woningen zal variëren van 12 meter bij de loten 10 en 11 tot 14 à 16 meter bij de overige loten; dat de zijdelingse stroken steeds min. 3 meter breed dienen te zijn, dat enkel naast de bouwzone op lot 1 een iets bredere zijdelingse strook wordt voorzien; dat in deze zijdelingse stroken, behalve voor lot 9, de plaatsing van een carport/berging is toegestaan; dat de woningen een kroonlijsthoogte mogen hebben van max. 6,0 meter (of 6,5 meter bij afwerking met een plat dak) en moeten worden afgewerkt met een plat dak of hellend dak met helling tussen 0° en 45°; dat achter de woningen nog een tuinzone wordt voorzien met een diepte die varieert van ca. 11 meter (loten 10 en 11) tot 15 à 27 meter bij de overige loten; dat achteraan iedere private woonkavel, behalve bij de loten 10 en 11, een 5 meter brede privatieve groenbuffer zal worden aangelegd; dat er voor alle bouwloten ook voorschriften zijn bijgevoegd in verband met de oprichting van bijgebouwen, verhardingen, afsluitingen en reliëfwijzigingen;

        Gelet op de aanvraag tot omgevingsvergunning voor het bijstellen van een verkaveling met betrekking tot Taalmeers 28 (lot 9) te 9500 Goeferdinge en met kadastrale gegevens afdeling 5, sectie A, nr. 0704C;

        Overwegende dat de betrokken verkaveling zich situeert ten oosten van de dorpskern van Goeferdinge met de kerk; dat deze verkaveling hoofdzakelijk vrijstaande maar ook enkele halfopen eengezinswoningen omvat langsheen een vrij recent aangelegde weg; dat de meeste loten in deze verkaveling reeds bebouwd zijn; dat voorliggende aanvraag betrekking heeft op lot 9; dat lot 9 is voorzien voor de oprichting van een vrijstaande eengezinswoning en er momenteel al een woning in opbouw op dit lot staat;

        Overwegende dat men met bovengenoemde bijstelling beoogt om een 8 meter brede strook aan de noordzijde van lot 9 op te nemen in het openbaar domein (lot 9B); dat dit lot 9B kosteloos zal worden overgedragen aan de stad; dat op lot 9 momenteel een woning in opbouw staat met een voorgevelbreedte van 8 meter; dat naast deze woning zijdelingse stroken worden voorzien met een breedte van 3 meter; dat dit verkleind lot het lot 9A zal betreffen en ca. 375 m² groot zal zijn; dat ter hoogte van de grens met het perceel nr. 671N en insnijdend in de loten 9A en 9B ook een 5,45 meter op 4,7 meter groot lot (lot 9C) wordt voorzien dat kan dienen voor de oprichting van een elektriciteitscabine;

        Overwegende dat beide aanvragen zoals hierboven vermeld gelijktijdig werden ingediend;

        Overwegende dat beide vergunningsaanvragen wegenwerken omvatten waarvoor de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft en dat de gemeenteraad kennis moet nemen van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek;

        Overwegende dat beide dossiers, inzonderheid het rooilijnplan, door het college van burgemeester en schepenen aan een openbaar onderzoek werden onderworpen van 2 augustus 2024 tot en met 31 augustus 2024 op de wijze zoals bepaald volgens de regels vermeld in het besluit betreffende de omgevingsvergunning;

        Overwegende dat er tijdens het openbaar onderzoek voor het dossier van de verkaveling met wegaanleg 2 bezwaren (beide ondertekend door verschillende eigenaars) zijn ingediend en dat er in het dossier voor de bijstelling 1 bezwaar (ook ondertekend door verschillende eigenaars) werd ingediend;

        Overwegende dat de bezwaren in het dossier voor de verkaveling met wegaanleg handelen over:

        (a)  De ontsluiting van het binnengebied zal deels via Taalmeers gebeuren. De bewoners in Taalmeers zullen worden geconfronteerd met een hogere mobiliteitsdruk.

        (b)  Taalmeers kan niet de mobiliteit dragen die het volledige binnengebied zal genereren in geval de recreatiezone ook langs daar zou ontsluiten.

        (c)  Vrees voor mobiliteitshinder die het werfverkeer voor de bouw van de woningen zal teweegbrengen.

        (d)  De beide dossiers (bijstelling en nieuwe verkaveling) zijn afhankelijk van elkaar en hadden in 1 dossier moeten worden ingediend. Indien immers 1 van de 2 dossiers wordt geweigerd zal dit wantoestanden opleveren.

        (e)  De paaltjes die de ontsluiting moeten ontdubbelen zullen niet blijvend zijn. De huidig doodlopende en verkeersluwe straat Taalmeers zal dan een ontsluitingsweg/doorgangsweg worden, waarop zij niet is voorzien en ingericht. Er zou beter een planmatige scheiding komen.

        (f)   Het is beter om de volledige ontsluiting richting Goeferdingeplein te laten gebeuren. Door een parkeerverbod is de weg er immers altijd vrij. Taalmeers betreft daarentegen een bochtige weg waar ook op de straat mag worden geparkeerd zodat de zichtbaarheid er niet goed is.

        (g)  Er moet een totaalvisie worden opgemaakt voor het volledige binnengebied (incl. het deel in recreatiegebied). Er wordt nu geen enkele verbinding voorzien met dat achterliggend recreatiegebed. 

        (h)  Het is beter om volledig via het Goeferdingeplein te ontsluiten aangezien de percelen richting Taalmeers in overstromingsgevoelig gebied gelegen zijn.

        (i)   Vrees voor (meer) wateroverlast

        (j)   De beperkte breedte van de weg zal het in- en uitrijden van de parkeervakken bemoeilijken.

        (k)  Het is beter om volledig via Taalmeers te ontsluiten aangezien er reeds een restaurant in Goeferdingeplein voor heel wat verkeersdrukte zorgt en aangezien een druk bewandelde voetweg aansluit op Goeferdingeplein zodat er een verhoogd risico op aanrijdingen zal ontstaan wanneer langs daar wordt ontsloten. Goeferdingeplein bevindt zich ook in een slechte staat en kan de druk van zwaar verkeer in de werffase niet aan. 

        (l)   De voorziene verkaveling van het binnengebied staat haaks op de visie inzake hoger bouwen en verdichting die door de stad werd goedgekeurd.

        Overwegende dat de bezwaren in het dossier voor de bijstelling van verkaveling handelen over:

        (m) Conform artikel 86, §2 van het Omgevingsvergunningsdecreet dient de aanvraag tot bijstelling te worden geweigerd aangezien meer dan de helft van de kaveleigenaars in de verkaveling een gemotiveerd bezwaar heeft ingediend.

        (n)  De verkaveling Taalmeers voorziet niet dat de huidige wegenis kan doorgetrokken worden. De huidige eigenaars kochten destijds een lot in deze verkaveling in de veronderstelling dat deze verkaveling niet meer zou kunnen uitbreiden. 

        (o)  Het dossier omvat geen plan van het bij te stellen lot met aanduiding van wegenis, groenzone, materiaalgebruik, riolering,.... Het volledige lot 9B werd ook gewoon grijs ingekleurd. Er had ook minstens een inrichtingsschets voor de aansnijding van het achterliggend binnengebied in het dossier moeten zitten.

        Overwegende dat de gemeenteraad enkel beslissingsbevoegdheid heeft inzake het deel van het terrein dat zal worden overgedragen aan het Lokaal Bestuur en dat er over de bezwaren die daarop betrekking hebben volgend standpunt wordt ingenomen:

        (a)-(e)-(f)-(k) Men voorziet in het binnengebied tussen Taalmeers en Goeferdingeplein een nieuwe verkaveling met wegaanleg met 15 bouwloten langsheen een nieuw aan te leggen weg. De nieuwe weg zal zowel op Taalmeers als op Goeferdingeplein aantakken. Er zullen in het midden van deze weg neerklapbare beugels (of een ander systeem cfr. advies brandweer) worden geplaatst zodat er geen doorgaand verkeer mogelijk is. Enkel voor hulpdiensten en zacht verkeer zal een doorgang mogelijk zijn. Er dienen 8 woningen te ontsluiten via Taalmeers en 7 woningen te ontsluiten via Goeferdingeplein. Er worden in de aanvraag geen ruimtelijke motieven aangereikt om te oordelen waarom voor deze manier van ontsluiten wordt gekozen. Het lijkt erop alsof men hier louter wil tegemoetkomen aan de bezwaren van de bewoners in beide straten door de 'lasten' te verdelen.

        (b)-(g)  Er wordt in voorliggende verkaveling geen aantakking voorzien naar het achterliggend recreatiegebied, zelfs niet voor zachte weggebruikers. Er kan dan ook niet worden gesteld dat de mobiliteit die de recreatiezone zal genereren via de verkaveling gaat ontsluiten. Momenteel zijn er ook geen intenties om dit recreatiegebied opnieuw te gaan invullen zodat de opmaak van een totaalvisie door de huidige ontwikkelaar weinig meerwaarde kan bieden.

        (e) Dit bezwaar wordt bijgetreden.

        (h) Slechts een zeer klein deel van lot 9B ligt in overstromingsgebied volgens de meest recente watertoetskaart (overstromingsgevoelige gebieden pluviaal). Volgens deze kaart ligt een groot deel van Goeferdingeplein (voorbij de bocht) in overstromingsgevoelig gebied (donkerblauw).

        (j) Voor de beoordeling van de bezwaren wordt verwezen naar het advies van de dienst mobiliteit. De afmetingen van alle parkeerplaatsen zijn ruim genoeg. Parkeerplaats 1 ligt wel te kort op de scheiding Goeferdingeplein/Taalmeers. Hierdoor kan deze parkeerplaats niet vlot ingedraaid worden.

        (n) De verkaveling Taalmeers voorzag inderdaad geen doortrekking van de wegenis. Dit kan wel steeds via een bijstelling mogelijk worden gemaakt, hetgeen de bedoeling is met voorliggende aanvraag.

        (o) Op het plan van de bijstelling staan de loten aangeduid, en ook de woning in opbouw op het (toekomstig) lot 9A. In de bijstelling is enkel opgenomen dat lot 9B in te richten is als openbare wegenis en dat lot 9C bedoeld is voor het oprichten van een elektriciteitscabine. Een gedetailleerde aanduiding van hoe de openbare wegenis er precies moet uitzien is niet verplicht. Het volledige wegenis- en rioleringsdossier is opgenomen in de aanvraag met ref. 2024094203.

        Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de brandweer (Hulpverleningszone Zuid-Oost) van 30 juli 2024;

        Gelet op het voorwaardelijk gunstig hydraulisch advies van Aquafin van 6 september 2024;

        Gelet op het gunstig advies van de GECORO van 4 november 2024;

        Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de dienst openbare werken van het Lokaal Bestuur Geraardsbergen van 6 november 2024;

        Gelet op het ongunstig advies van de dienst mobiliteit van het Lokaal Bestuur Geraardsbergen van 27 november 2024;

        Gelet op de adviezen van de nutsmaatschappijen;

        Overwegende dat de beoogde verkaveling voor wat betreft het deel van het terrein dat zal worden overgedragen aan het Lokaal Bestuur weinig ruimtelijk kwaliteit biedt;

        Overwegende dat er een zeer klassieke verkaveling wordt voorgesteld waarbij het de bedoeling is dat wagens gewoon bij de woningen zelf parkeren; dat er veel verharding wordt voorzien die als wegenis zal dienen; dat daarentegen door het parkeren aan het begin van de verkaveling te bundelen een meer compact geheel aan verhardingen kan worden bekomen;

        Overwegende dat door 20 publieke parkeerplaatsen dwars op de weg te voorzien het straatbeeld in de verkaveling zal worden gedomineerd door geparkeerde voertuigen;

        Overwegende dat de groenzone deels achter 2 woonloten zal worden voorzien, hetgeen maakt dat dit deel niet goed zichtbaar zal zijn vanaf de straat; dat de wadi in de groenzone een diepte zal hebben van 1,5 meter; dat met dergelijke afmeting de kans groot is dat deze wadi zal afgesloten worden zodat er geen ongelukken gebeuren met spelende kinderen; dat de aansnijding van een binnengebied steeds moet gepaard gaan met het voorzien van een voldoende ruime publiek toegankelijke groenzone/speelzone;

        Overwegende dat er in het midden van de weg neerklapbare beugels (of een ander systeem cfr. advies brandweer) zullen worden geplaatst zodat er geen doorgaand verkeer mogelijk is; dat er 8 woningen dienen te ontsluiten via Taalmeers en 7 woningen via Goeferdingeplein; dat er in de aanvraag geen ruimtelijke motieven worden aangereikt om te oordelen waarom voor deze manier van ontsluiten wordt gekozen; dat het erop lijkt alsof men hier louter wil tegemoetkomen aan de bezwaren van de bewoners in beide straten door de 'lasten' te verdelen; dat het voorzien van bijvoorbeeld een slagboom in het midden van deze weg visueel als een bizarre situatie zal overkomen; dat beter op een ruimtelijke manier wordt gezocht naar een ontdubbeling van de weg; dat de momenteel voorgestelde situatie vaak zal leiden tot onnodig verkeer in een deel van de verkaveling dat eigenlijk op het andere deel wenst te zijn;

        Overwegende dat er kort na elkaar 2 vrij scherpe bochten in de wegenis worden voorzien; dat de zichtbaarheid er onvoldoende zal zijn door de bouwzone op lot 10 op amper 1 meter achter de rooilijn in te planten; dat men om lot 10 te kunnen in- en uitrijden heel wat complexe manoeuvres zal moeten uitvoeren hetgeen niet wenselijk is in een bocht van de weg; dat men aan de loten 2 en 3 bij het uitrijden ook onvoldoende zicht zal hebben op het aankomend verkeer van Goeferdingeplein gezien de ligging in een bocht;

        Overwegende dat het in de verkaveling volledig ontbreekt aan innovatieve elementen zoals het voorzien van een deelwagen,…

        Overwegende dat er in het advies van de dienst mobiliteit nog diverse andere bezwaren worden aangehaald die worden bijgetreden; dat er bij (onderhouds)werken aan de hoogspanningscabine niet aan de cabine kan geparkeerd worden; dat een voertuig dat op de oprit geparkeerd staat niet met een deel ervan op het openbaar domein mag staan maar dat dit betekent dat met een voortuindiepte van slechts 4 meter, zoals bij verschillende loten het geval, voor de carports dus doorgaans niet op de oprit naar deze carports kan geparkeerd worden; dat het wenselijk is dat in beide delen een parkeerplaats voor mensen met een beperking ingericht wordt, alsook een laadpunt met de nodige uitbreidingen voor elke parkeerplaats; dat parkeerplaats 1 te kort op de scheiding Goeferdingeplein/Taalmeers ligt en dat hierdoor deze parkeerplaats niet vlot kan ingedraaid worden; dat de rijweg tussen de huidige Taalmeers en het nieuwe gedeelte over het plein zodanig dient ingericht te worden dat voor bestuurders geen verwarring mogelijk is waar ze moeten rijden;

        Juridisch kader

        Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, zoals vastgesteld bij besluit van 15 mei 2009 van de Vlaamse Regering, houdende de coördinatie van de decreetgeving op de ruimtelijke ordening;

        Gelet op het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, inzonderheid artikel 31 en de artikels 71 tot en met 77;

        Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning;

        Gelet op het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen;

        Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

        Financieel kader

        Overwegende dat deze beslissing geen rechtstreekse budgettaire weerslag zal hebben;

        Besluit

        Artikel 1:
        Het tracé en de rooilijn van de aan te leggen weg en groenzone zoals voorzien in de aanvraag voor het verkavelen van een terrein tussen Taalmeers en Goeferdingeplein te 9500 Goeferdinge en met kadastrale gegevens 5e Afdeling, Sectie A, nrs. 0671L, 0671D, 0671C, 0671N, 0671M en 0704C in 1 lot voor open bebouwing en 14 loten voor halfopen bebouwing met aanleg van wegenis en een groenzone, én zoals voorzien in de aanvraag tot omgevingsvergunning voor het bijstellen van de verkaveling met betrekking tot Taalmeers 28 (lot 9) te 9500 Goeferdinge niet goed te keuren.

        Artikel 2:
        Een afschrift van dit besluit op te laden in het omgevingsloket.

      • Niet goedkeuren van de verplaatsing van gemeenteweg nr. 40 in de verkaveling Meierij.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Gelet op de aanvraag tot omgevingsvergunning voor het verkavelen van een terrein in 2 loten voor open bebouwing + verplaatsen van gemeenteweg nr. 40, voor het terrein aan de Meierij te 9506 Zandbergen, kadastraal gekend als afdeling 12, sectie B, nrs. 1065L, 1066B en 1068G;

        Overwegende dat het te verkavelen terrein zich situeert in een landelijke woonkorrel buiten de dorpskern van de deelgemeente Zandbergen; dat de omgeving er wordt gekenmerkt door enkele clusters van woningen, al dan niet zonevreemd, omgeven door landbouwgronden; dat in noordelijke richting de dorpskern van de deelgemeente Grimminge gelegen is; dat het terrein aan het kruispunt van 2 smalle gemeentewegen, Meierij en Biezenhoekstraat, ligt; dat het terrein 2 onbebouwde percelen omvat die in gebruik zijn als grasland en waarvan het maaiveld licht oplopend is naar achteren toe; dat op de aanpalende percelen 1065K en 1065L een vrijstaande eengezinswoning staat, die 1 volwaardige bouwlaag omvat en werd afgewerkt met een hellend dak; dat ook de overige woningen verderop in deze straat vrijstaande landelijke woningen betreffen met 1 volwaardige bouwlaag en afgewerkt met een hellend dak;

        Overwegende dat volgens de Atlas der Buurtwegen gemeenteweg nr. 40 over het terrein loopt, met een breedte van 1 meter; dat deze weg ter hoogte van het terrein niet meer zichtbaar/in gebruik is;

        Overwegende dat men met de omgevingsaanvraag beoogt om het onbebouwde deel van het terrein te verkavelen in 2 loten (1 en 2) voor open bebouwing, georiënteerd op de Meierij; dat de percelen met de bestaande woning aan de Biezenhoekstraat nr. 1 geen deel uitmaken van de verkaveling; dat lot 1 ca. 764m² groot zal zijn en lot 2 ca. 820m² groot zal zijn; dat de bouwlijn van de woningen wordt voorzien op ca. 6,5 meter achter de straatgracht; dat de woning op lot 1 een max. gevelbreedte mag hebben van 9 meter, die aan de straatzijde iets groter mag zijn tot aan de bouwlijn; dat de bouwzone op lot 2 vrij onregelmatig van vorm is, met een bouwbreedte die max. 11,47 meter mag bedragen op de bouwlijn en moet versmallen tot max. 7,78 meter op de max. achterbouwlijn; dat de zijdelingse stroken naast de woningen min. 3 meter breed moeten zijn; dat de woningen tot 2 volwaardige bouwlagen mogen tellen en moeten worden afgewerkt met een hellend of een plat dak; dat de bouwdiepte moet beperkt blijven tot max. 15 meter op het gelijkvloers en max. 12 meter op de verdieping; dat achter de woningen nog een tuinzone wordt voorzien met een diepte van gemiddeld ca. 33 meter (lot 1)/45 meter (lot 2); dat er voor beide loten ook voorschriften werden bijgevoegd inzake bijgebouwen, verhardingen, afsluitingen en reliëfwijzigingen;

        Overwegende dat in de omgevingsaanvraag ook is voorzien om het deel van gemeenteweg nr. 40 tussen de Biezenhoekstraat en de grens met het perceel nr. 1068D te verplaatsen langs de grens tussen de percelen nr. 1068D en 1068G, vanaf de straat (Meierij) tot waar de gemeenteweg momenteel loopt volgens de Atlas;

        Overwegende dat de vergunningsaanvraag de gedeeltelijke verplaatsing van een gemeenteweg omvat waarvoor de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft en dat de gemeenteraad kennis moet nemen van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek;

        Overwegende dat het ontwerp, inzonderheid het rooilijnplan, door het college van burgemeester en schepenen aan een openbaar onderzoek werd onderworpen van 2 augustus 2024 tot en met 31 augustus 2024 op de wijze zoals bepaald volgens de regels vermeld in het besluit betreffende de omgevingsvergunning;

        Overwegende dat er tijdens het openbaar onderzoek 5 bezwaren werden ingediend;

        Overwegende dat deze bezwaren handelen over:

        (1) Het was via het gewestplan niet de bedoeling om ook langs de Meierij toe te laten woningen te bouwen.

        (2) Vrees voor een storende toename aan verkeer en gevaarlijke verkeerssituaties o.a. met zwakke weggebruikers door de smalle wegen.

        (3) Er is geen riolering aanwezig in de straat zodat het afvalwater in een gracht zal terechtkomen en zal infiltreren in de bodem, met ongewenste gevolgen voor de bodemkwaliteit.
        (4) Doordat er in de straat geen aardgasnet aanwezig is, zal men moeten verwarmen op elektriciteit, met een grote belasting van het elektriciteitsnet tot gevolg. 

        (5) Door de extra bebouwing en verharding zal er minder mogelijkheid tot infiltratie van regenwater zijn. De grondwaterstand ligt hier zeer hoog zodat infiltratiebekkens die moeten worden voorzien, niet zullen werken.

        (6) Visuele hinder voor de bewoners van de woningen in de Biezenhoekstraat 1 en 3, met vermindering van woonkwaliteit en waardevermindering tot gevolg.

        (7) Het is beter om de natuur te bewaren in dit mooie landschap.

        (8) Er loopt een drinkwatertoevoerleiding langs het terrein.

        (9) De nutsvoorzieningen (water en elektriciteit) zullen enorm belast worden door de extra woongelegenheden.

        Overwegende dat de gemeenteraad enkel beslissingsbevoegdheid heeft voor wat betreft de bezwaren die betrekking hebben op het verplaatsen van de gemeenteweg en dat er over de bezwaren die daarop betrekking hebben volgend standpunt wordt ingenomen:

        (2) Twee bijkomende eengezinswoningen zullen slechts een beperkte toename aan verkeer veroorzaken.

        Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de dienst openbare werken van het Lokaal Bestuur Geraardsbergen van 15 oktober 2024;

        Gelet op het ongunstig advies van de dienst mobiliteit van het Lokaal Bestuur Geraardsbergen van 26 november 2024;

        Gelet op de adviezen van de nutsmaatschappijen;

        Overwegende dat volgens artikel 28, §1 van het decreet houdende de gemeentewegen de verplaatsing van een gemeenteweg aanleiding geeft tot een waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden waarop de gemeenteweg gesitueerd is; dat de vergoeding voor waardevermindering verschuldigd is door de gemeente aan de eigenaar van de grond in kwestie en dat de vergoeding voor waardevermeerdering verschuldigd is door de eigenaar van de betrokken grond en ten goede komt aan de gemeente;

        Overwegende dat artikel 28, §2 van het decreet houdende de gemeentewegen stelt dat de berekening van de min- of meerwaarde dient te worden vastgesteld door een landmeter-expert aangesteld door de gemeente; dat de memorie van toelichting bij dit artikel eveneens stelt dat de landmeter dient aangesteld te worden door de gemeente; dat deze bepaling vermoedelijk werd ingeschreven om de objectiviteit in kader van de minwaarde- of meerwaardeberekening te behouden; dat een eigenaar (of verkavelaar) er immers baat bij heeft dat de minwaarde zo hoog mogelijk wordt geschat en de meerwaarde zo laag mogelijk;

        Overwegende dat het dossier geen minwaarde- of meerwaardeberekening bevat, vastgesteld door een landmeter-expert aangesteld door de gemeente;

        Overwegende dat het dossier wel een schattingsverslag bevat met de berekening van de eventuele waardevermindering of waardevermeerdering en daarin wordt geconcludeerd dat de meerwaarde gelijk dient te worden gesteld aan 0,00 euro;

        Overwegende dat omtrent bovenstaande juridisch advies werd ingewonnen; dat in dit juridisch advies wordt gesteld dat de parlementaire voorbereiding bij het decreet houdende de gemeentewegen, en specifiek bij artikel 28, stelt dat  de afschaffing (of verplaatsing: aangezien dit een handeling is waarbij zowel een weg wordt afgeschaft als een nieuwe weg wordt gecreëerd) van een gemeenteweg resulteert in een meerwaarde wanneer er daardoor bouw- of ontwikkelingsmogelijkheden ontstaan (‘Afschaffing van die publieke doorgang resulteert in een meerwaarde, zeker als daardoor bouw- of ontwikkelingsmogelijkheden ontstaan die vóór de opheffing niet mogelijk waren’); dat in rechtsleer immers het voorbeeld wordt voorgehouden dat wanneer een perceel eerst niet bebouwbaar was doch na verplaatsing van een gemeenteweg dit wel wordt, deze verplaatsing een duidelijke meerwaarde inhoudt voor het perceel; dat in het advies wordt gesteld dat een verplaatsing naar de rand van het perceel niet meteen het gevolg kan hebben dat de min- en meerwaarde gelijk is; dat er door de verplaatsing van de oude bedding een perceel bebouwbaar wordt; dat de verplaatste weg (nieuwe bedding) naar de rand van het perceel anderzijds niet de impact zal hebben van de oude bedding, zodoende de impact veel kleiner is voor het perceel en dus de minwaarde ook kleiner; dat verevening (of de gelijke waarde van de minwaarde en meerwaarde) kan plaatsvinden wanneer de impact van de verplaatsing gelijk is. (zie R. Palmans – Gemeentewegen – Intersentia); dat wordt geconcludeerd/geadviseerd om ons niet meteen neer te leggen bij een eenzijdige berekening van een verkavelaar omtrent de min- of meerwaarde;

        Overwegende dat los van bovenstaande de huidige verplaatsing ook een versnippering van het agrarisch gebied voorziet; dat het niet duidelijk is waarom de gemeenteweg niet louter wordt verplaatst naar de rand van de voorziene woonkavel (lot 2); dat met de huidige verplaatsing immers wordt gesuggereerd dat een deel van het perceel nr. 1068G dat in agrarisch gebied gelegen is bij het voorziene lot 2 zal worden gevoegd en zal worden vertuind;

        Juridisch kader

        Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, zoals vastgesteld bij besluit van 15 mei 2009 van de Vlaamse Regering, houdende de coördinatie van de decreetgeving op de ruimtelijke ordening;

        Gelet op het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, inzonderheid artikel 31 en de artikels 71 tot en met 77;

        Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning;

        Gelet op het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen;

        Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

        Financieel kader

        Overwegende dat deze beslissing geen rechtstreekse budgettaire weerslag zal hebben;

        Besluit

        Artikel 1:
        Geen goedkeuring te verlenen voor de gedeeltelijke verplaatsing van gemeenteweg nr. 40 zoals voorzien in de aanvraag tot omgevingsvergunning voor het verkavelen van een terrein in 2 loten voor open bebouwing, aan de Meierij te 9506 Zandbergen, kadastraal gekend als afdeling 12, sectie B, nrs. 1065L, 1066B en 1068G.

        Artikel 2:
        Een afschrift van dit besluit op te laden in het omgevingsloket.

    • Afdeling Mens

      • Goedkeuren van de bijlage bij de samenwerkingsovereenkomst met het Agentschap voor Integratie en Inburgering met de opdracht om de lokale besturen te ondersteunen bij de uitwerking van Plan Samenleven.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Gelet op het doelstellingenkader voor het horizontale Integratie- en Gelijke kansen beleid, dat op 24 april 2020 aan de Vlaamse Regering werd meegedeeld;

        Overwegende dat met het Plan Samenleven de Vlaamse overheid de lokale besturen efficiënt en effectief wil ondersteunen om van samenleven in diversiteit een succes te maken;

        Overwegende dat de lokale besturen konden intekenen voor de oproep indien ze meer dan 7.500 niet-EU15 inwoners hebben of een samenwerking kunnen aangaan met andere lokale besturen binnen de referentieregio om aan 7.500 of meer niet-EU15 inwoners te geraken;

        Gelet op het niet behalen van de quota van 7.500 niet-EU15 inwoners in Geraardsbergen en het aangaan van een samenwerking tussen het Lokaal Bestuur Geraardsbergen en de lokale besturen van Denderleeuw en Ninove om toch aan 7.500 of meer niet-EU15 inwoners te geraken;

        Gelet op het ter beschikking stellen door het Agentschap Integratie en Inburgering van 0,6 voltijdse equivalenten (VTE) voor de intergemeentelijke samenwerking tussen Geraardsbergen, Ninove en Denderleeuw; 

        Gelet op het goedkeuren van de verlenging van de subsidie in kader van plan samenleven voor onderstaande acties: 

        • Actie 13 – in contact brengen met sport
        • Actie 15 – brug leggen naar onderwijs
        • Actie 24 – in contact brengen met cultuur;

        Gelet op de decretale rol dat het Agentschap Integratie en Inburgering heeft gekregen om de lokale besturen te ondersteunen in de uitwerking van de acties van het Plan Samenleven;

        Gelet op de goedkeuring van de samenwerkingsovereenkomst met het Agentschap voor Integratie en Inburgering met de opdracht om de lokale besturen te ondersteunen bij de uitwerking van Plan Samenleven op de gemeenteraad van 30 mei 2023;

        Overwegende dat de samenwerkingsovereenkomst met het Agentschap voor Integratie en Inburgering, Havenlaan 86c, bus 212, 1000 Brussel jaarlijks kan verlengd worden zolang de middelen van Plan Samenleven lopen, tot en met 30 september 2025;

        Gelet op de goedkeuring van de bijlage bij de samenwerkingsovereenkomst met het Agentschap voor Integratie en Inburgering met de opdracht om de lokale besturen te ondersteunen bij de uitwerking van Plan Samenleven, voor projectjaar 2 op de gemeenteraad van 19 december 2023;

        Overwegende dat de vaste ondersteuner van het Agentschap voor Integratie en Inburgering naar gelang de noden en in afstemming met de lokale besturen een adviserende, ondersteunende, organisatorische en/of uitvoerende rol opneemt bij de uitwerking, uitvoering, opvolging en verankering van de acties;

        Juridisch kader

        Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;

        Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering tot de verdeling en toekenning van projectsubsidies aan de Vlaamse lokale besturen, vzw De Rand en de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor het project Plan Samenleven van 23 september 2022;

        Gelet op het goedkeuren van de uitwerking subsidies plan samenleven door het college van burgemeester en schepenen op 16 januari 2023;

        Gelet op de goedkeuring van de samenwerkingsovereenkomst met het Agentschap voor Integratie en Inburgering met de opdracht om de lokale besturen te ondersteunen bij de uitwerking van Plan Samenleven op de gemeenteraad van 30 mei 2023;

        Gelet op de goedkeuring van de bijlage bij de samenwerkingsovereenkomst met het Agentschap voor Integratie en Inburgering met de opdracht om de lokale besturen te ondersteunen bij de uitwerking van Plan Samenleven, voor projectjaar 2 op de gemeenteraad van 19 december 2023;

        Financieel kader

        Overwegende dat de ingediende acties goedgekeurd zijn en er een subsidie van 171.600 euro werd toegekend aan de 3 lokale besturen samen om de acties 13, 15 en 24 uit te
        werken;

        Publieke stemming
        Aanwezig: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Veerle Alaert
        Voorstanders: Rudy Frederic, Ann Panis, Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Martine Duwyn, Bram De Geeter, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte
        Onthouders: Stephan Bourlau, Paul Deprez, Hans De Gent, Krist Matthys
        Resultaat: Met 26 stemmen voor, 4 onthoudingen
        Besluit

        Enig artikel:
        De bijlage bij de samenwerkingsovereenkomst met het Agentschap voor Integratie en Inburgering van 30 mei 2023 goed te keuren.

      • Goedkeuren van de samenwerkingsovereenkomst met het CAW Oost Vlaanderen voor het uitvoeren van de opdracht Projectcoach Geïntegreerd Breed Onthaal voor de eerstelijnszone Dender Zuid.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Feiten, context en argumentatie

        Gelet op de Vlaamse beleidsprioriteit inzake het realiseren van de functies en werkingsprincipes van een samenwerkingsverband geïntegreerd breed onthaal (GBO);

        Gelet op de goedkeuring van de subsidieaanvraag Geïntegreerd Breed Onthaal (GBO) Dender Zuid door het college van burgemeester en schepenen op 10 januari 2022;

        Overwegende dat het samenwerkingsverband Geïntegreerd Breed Onthaal in Dender Zuid van de drie kernactoren (sociale dienst, Centrum Algemeen Welzijn en Dienst maatschappelijk werk van het ziekenfonds (DMWZ) en de eerstelijnszone als doel heeft om onderbescherming tegen te gaan en toegankelijkheid van de dienstverlening te verhogen, met specifieke aandacht voor kwetsbare 65 plussers;

        Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een subsidie van de Vlaamse Gemeenschap voor de uitvoering van de Vlaamse beleidsprioriteit “het realiseren van de functies en werkingsprincipes van een samenwerkingsverband geïntegreerd breed onthaal” van 22 april 2022;

        Overwegende dat deze subsidie eindigt 31 december 2025;

        Overwegende dat er werd overeengekomen met de partners dat de subsidie zal worden ingezet om een halftijdse coördinator in dienst te nemen om het samenwerkingsverband geïntegreerd breed onthaal aan te sturen;

        Overwegende dat er sinds 1 januari 2023 geen coördinator meer actief is;

        Overwegende dat het CAW Oost Vlaanderen bereid is om iemand in dienst te nemen om deze opdracht uit te voeren;

        Overwegende dat er al sinds april 2024 een vacature open staat, maar er geen kandidaten zijn;

        Overwegende dat de coördinator GBO panacea de opdracht daar kan verminderen en de coördinerende rol a rato van 1.5 dagen per week voor het GBO Dender Zuid kan opnemen;

        Overwegende dat deze persoon al ingewerkt is in de materie en tijdens 2025 vooral zal inzetten op de quick wins in samenspraak met de kernactoren;

        Juridisch kader

        Gelet op artikel 41 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;
        Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een subsidie van de Vlaamse Gemeenschap voor de uitvoering van de Vlaamse beleidsprioriteit “het realiseren van de functies en werkingsprincipes van een samenwerkingsverband geïntegreerd breed onthaal” van 22 april 2022;
        Gelet op de goedkeuring van de subsidieaanvraag Geïntegreerd Breed Onthaal (GBO) Dender Zuid door het college van burgemeester en schepenen op 10 januari 2022;

        Financieel kader

        Overwegende dat het subsidiebedrag per werkingsjaar 25 000 euro bedraagt vanaf 1 januari 2022 tot en met 31 december 2025 en werd voorzien op BI 090999 AR74052100 AP SAM 23 AC SAM 23 01;

        Overwegende dat de subsidie in eerste instantie zal aangewend worden voor de inzet van een halftijdse projectcoördinator;

        Overwegende dat de maximale totale loonkost (inclusief overhead kost) 28.335,89 euro bedraagt;

        Overwegende dat er een reserve van maximum 20% van de toegekende subsidie voor het werkingsjaar 2024 zal overgedragen worden naar 2025, zoals beschreven in de modaliteiten van de subsidie;

        Overwegende dat de kost volledig gedragen wordt door het subsidiebedrag;

        Besluit

        Enig artikel:

        De samenwerkingsovereenkomst met het CAW Oost Vlaanderen voor het uitvoeren van de opdracht  Projectcoach Geïntegreerd Breed Onthaal voor de eerstelijnszone Dender Zuid als volgt goed te keuren:

        Artikel 1

        CAW Oost Vlaanderen vzw (hierna de werkgever genoemd) stelt onderstaande werknemer ter beschikking van het samenwerkingsverband GBO Dender Zuid, waarvan lokaal bestuur Geraardsbergen penhouder is van de subsidie, met als opdracht Projectcoach Geïntegreerd Breed Onthaal voor de ELZ Dender Zuid.

        Naam Alexia Verstraete
        Tewerkstellingsbreuk 0,3 VTE

        De ter beschikking gestelde werknemer blijft juridisch werknemer van de werkgever en zal overeenkomstig de bepalingen en de modaliteiten van de initiële arbeidsovereenkomst bij de gebruiker te werk gesteld worden.

        De werknemer voert zijn opdracht uit op volgende plaats: CAW, Abdijstraat 2, 9500 Geraardsbergen.

        Partijen komen overeen dat voor de uitvoering van de opdracht 0,3 VTE nodig zijn.

        Artikel 2: Duur en beëindiging van de overeenkomst

        De terbeschikkingstelling vangt aan op 1 januari 2025 tot en wordt beëindigd op 31/12/2025.
        De terbeschikkingstelling van de werknemer eindigt bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst door de beëindigingsmodaliteiten zoals bepaald in de Arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978.

        Het samenwerkingsverband GBO Dender Zuid is is ertoe gehouden om de werkgever onmiddellijk op de hoogte te stellen van elk feit dat aanleiding kan geven tot een ontslag wegens dringende reden, zoals geregeld in art. 35 van de Arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978.

        Elke partij kan de overeenkomst (voortijdig) beëindigen in wederzijds akkoord.

        Artikel 3: Modaliteiten van de terbeschikkingstelling

        De werknemer zal werkzaamheden uitvoeren bij de werkgever. Dit gebeurt door middel van terbeschikkingstelling door de werkgever overeenkomstig art. 31 van de wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers.

        Tijdens de volledige duur van de terbeschikkingstelling blijft de medewerker onderworpen aan de reglementaire bepalingen die van kracht zijn bij de werkgever, met inbegrip van het arbeidsreglement.

        De toekenning van verloven zal gebeuren naargelang de behoeften van het samenwerkingsverband GBO Dender Zuid, maar is afhankelijk van de verlofregeling die van kracht is bij de werkgever.

        Artikel 4: Informatieuitwisseling en afwezigheden

        Er wordt een prestatiestaat bezorgd aan de stuurgroep van het samenwerkingsverband GBO Dender Zuid.

        Elke afwezigheid van de werknemer wordt gemeld zodra de situatie zich voordoet.

        Artikel 5: Vergoeding

        De werkgever staat in voor de betaling van het loon en het ter beschikking stellen van materiaal.

        De penhouder van het samenwerkingsverband GBO Dender Zuid, met name Lokaal Bestuur Geraardsbergen, verbindt er zich toe om het bedrag van de bezoldiging, met inbegrip van sociale bijdragen, lonen, vergoedingen en voordelen, terug te betalen volgens artikel 31, § 3-4 Wet 24 juli 1987.

        Kosten die voortvloeien uit de opdracht zoals bedrijfskosten, overhead , administratieve kosten, materialen, verzekering, aansprakelijkheid etc. worden vastgesteld op 15% van de totale loonkost. Deze zijn ten laste van de penhouder van het samenwerkingsverband GBO Dender Zuid, met name lokaal bestuur Geraardsbergen, en maken deel uit van de schuldvordering ten aanzien van de gebruiker.

        De jaarlijkse loonkost incl 15% overhead bedraagt voor het jaar 2025 maximum €28.335,89.

        De betaling van bovenvermelde vergoedingen gebeurt na afloop van elk kwartaal, binnen 30 dagen na ontvangst van de factuur en kostennota die de werkgever daartoe opmaakt. De betaling gebeurt door overschrijving op het rekeningnummer BE16 0688 9752 6374.

    • Verslaggeving

      • Goedkeuren van de notulen van de gemeenteraad van 26 november 2024.

        Aanwezig: Rudy Frederic, Voorzitter gemeenteraad
        Ann Panis, Burgemeester
        Fernand Van Trimpont, Kristin Vangeyte, Veerle Mertens, Stephan De Prez, Rurik Van Landuyt, Jimmy Colman Villamayor, David Larmuseau, Schepenen
        Martine Duwyn, Bram De Geeter, Stephan Bourlau, Sarah De Backer, Godelieve Dauw, Ilse Roggeman, Paul Deprez, Karla Bronselaer, Jef Van der Mynsbrugge, Johan Quintelier, Paul Pardon, Herman D'Hondt, Patrick De Bodt, Hans De Gent, Reza Mohammadi, Bram De Pril, Ann Stevens, Krist Matthys, Rudi Walckiers, Emma Van der Maelen, Filip Schotte, Raadsleden
        Veerle Alaert, Algemeen Directeur
        Afwezig: Geert De Chou, Raadslid
        Besluit

        Enig artikel:
        De notulen van de gemeenteraad van 26 november 2024 goed te keuren.

De voorzitter sluit de zitting op 17/12/2024 om 21:07.

Namens Gemeenteraad,

Veerle Alaert
Algemeen Directeur

Rudy Frederic
Voorzitter gemeenteraad